Einde inhoudsopgave
Besluit Huwelijksgoederenregister 1969
Artikel 1 [Inschrijving huwelijksgoederenregister]
Geldend
Geldend vanaf 01-09-2013
- Bronpublicatie:
07-06-2013, Stb. 2013, 270 (uitgifte: 02-07-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-09-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-06-2013, Stb. 2013, 270 (uitgifte: 02-07-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
1.
Wanneer een inschrijving wordt verlangd in het huwelijksgoederenregister, moeten de volgende stukken aan de griffier worden overgelegd:
- a.
ter inschrijving van bepalingen in huwelijkse voorwaarden of in voorwaarden van een geregistreerd partnerschap: een authentiek afschrift of uittreksel van de akte waarbij die bepalingen zijn vastgesteld;
- b.
ter inschrijving van een rechterlijke uitspraak als bedoeld in de artikelen 86 en 91 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek: een authentiek afschrift van de uitspraak;
- c.
ter inschrijving van verzoeken tot echtscheiding, ontbinding van het geregistreerd partnerschap, scheiding van tafel en bed of opheffing van de gemeenschap als bedoeld in artikel 99, eerste lid, onder b, c en d, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek: een afschrift van het verzoekschrift, gewaarmerkt en voorzien van de datum en het tijdstip van indiening door de griffier van de rechtbank waar het is ingediend;
- d.
ter inschrijving van een overeenkomst als bedoeld in artikel 99, eerste lid, onder e, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek: een verklaring als bedoeld in artikel 80c, eerste lid, onder c, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek;
- e.
ter inschrijving van een rechterlijke uitspraak als bedoeld in artikel 173 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek: een authentiek afschrift van de uitspraak;
- f.
ter inschrijving van een rechterlijke uitspraak, houdende vernietiging, ontbinding of wijziging van huwelijkse voorwaarden of voorwaarden van een geregistreerd partnerschap, dan wel een verklaring voor recht dat zodanige voorwaarden nietig zijn dan wel buitengerechtelijk zijn vernietigd of ontbonden, of een beslissing op een daartegen ingesteld rechtsmiddel: een authentiek afschrift van de uitspraak.
2.
Van een verklaring houdende afstand van een huwelijksgemeenschap of een gemeenschap van een geregistreerd partnerschap, bedoeld in de artikelen 104 en 105 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, maakt de griffier een akte op, die degene die afstand doet in persoon of bij gevolmachtigde ondertekent.
3.
Van een verklaring van de echtgenoten dat de scheiding van tafel en bed heeft opgehouden te bestaan, als bedoeld in artikel 176 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, maakt de griffier een akte op, die de echtgenoten in persoon of bij gevolmachtigde ondertekenen.
4.
Indien de in de leden 2 en 3 genoemde gevolmachtigde niet advocaat of notaris is, moet een authentieke of onderhandse volmacht worden overgelegd. Een onderhandse volmacht wordt aan de akte gehecht.