Einde inhoudsopgave
Wet educatie en beroepsonderwijs
Artikel 8.5a.11 Onderwijstijd doorlopende leerroute vmbo-mbo (BOL)
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2020
- Bronpublicatie:
20-05-2020, Stb. 2020, 157 (uitgifte: 05-06-2020, kamerstukken: 35336)
- Inwerkingtreding
01-08-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-06-2020, Stb. 2020, 208 (uitgifte: 26-06-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie
1.
In afwijking van artikel 6g, derde en vierde lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs en artikel 7.2.7, derde lid, onderdelen b, c en d, en achtste lid omvat het gehele onderwijsprogramma van een doorlopende leerroute vmbo-mbo waarvan een beroepsopleiding in de beroepsopleidende leerweg deel uitmaakt:
- a.
bij een studieduur van twee volledige studiejaren ten minste 2.000 klokuren, waarvan ten minste 1.400 begeleide onderwijsuren en ten minste 250 klokuren aan beroepspraktijkvorming;
- b.
bij een studieduur van drie volledige studiejaren ten minste 3.000 klokuren, waarvan ten minste 2.400 begeleide onderwijsuren en ten minste 250 klokuren aan beroepspraktijkvorming;
- c.
bij een studieduur van vier volledige studiejaren ten minste 4.000 klokuren, waarvan ten minste 2.950 begeleide onderwijsuren en ten minste 450 klokuren aan beroepspraktijkvorming;
- d.
bij een studieduur van vijf volledige studiejaren ten minste 5.000 klokuren, waarvan ten minste 3.500 begeleide onderwijsuren en ten minste 900 klokuren aan beroepspraktijkvorming;
- e.
bij een studieduur van zes volledige studiejaren ten minste 6.000 klokuren, waarvan ten minste 4.050 begeleide onderwijsuren en ten minste 1.350 klokuren aan beroepspraktijkvorming.
2.
Het bevoegd gezag van de instelling en het bevoegd gezag van de school kunnen gezamenlijk een onderwijsprogramma verzorgen dat minder uren omvat dan de in het eerste lid, onderdelen a tot en met e, genoemde aantallen mits de opleiding aantoonbaar van voldoende kwaliteit is. In het geval het onderwijsprogramma minder uren omvat, legt het bevoegd gezag hierover verantwoording af in het bestuursverslag, bedoeld in artikel 2.5.4 dan wel, bij toepassing van artikel 1.4.1, eerste lid, in het verslag, bedoeld in artikel 1.4.1, zevende lid.
3.
Ten aanzien van het derde studiejaar van een doorlopende leerroute vmbo-mbo wordt onder begeleide onderwijsuren mede verstaan: onderwijstijd als bedoeld in artikel 6g van de Wet op het voortgezet onderwijs.