Einde inhoudsopgave
Handvest van de Verenigde Naties
Artikel 105 [Voorrechten en immuniteiten]
Geldend
Geldend vanaf 24-09-1973
- Bronpublicatie:
20-12-1971, Trb. 1987, 113 (uitgifte: 01-01-1987, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
24-09-1973
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-11-1973, Trb. 1973, 156 (uitgifte: 01-01-1973, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Rechtshandhaving
Internationaal publiekrecht / Algemeen
Internationaal publiekrecht / Fundamentele rechten van staten
1.
De Organisatie geniet op het grondgebied van elk van haar Leden de voorrechten en immuniteiten die noodzakelijk zijn voor de verwezenlijking van haar doelstellingen.
2.
Vertegenwoordigers van de Leden van de Verenigde Naties alsmede functionarissen van de Organisatie genieten eveneens de voorrechten en immuniteiten die noodzakelijk zijn voor een onafhankelijke uitoefening van hun functies in verband met de Organisatie.
3.
De Algemene Vergadering kan aanbevelingen doen met het oog op de vaststelling der bijzonderheden van de toepassing van het eerste en tweede lid van dit artikel, of kan aan de Leden van de Verenigde Naties overeenkomsten tot dit doel voorstellen.