NJB 2016/1420
Opzettelijk een ontploffing te weeg brengen, indien daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten is, art. 157 Sr: het opzet van de verdachte hoeft hierbij niet ook te zijn gericht op het te duchten levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel, aangezien bedoeld gevaar ten tijde van het teweegbrengen van de ontploffing slechts naar algemene ervaringsregels voorzienbaar moet zijn geweest, zodat niet van belang is dat de dader zelf dat gevaar wellicht niet heeft voorzien.Oplegging schadevergoedingsmaatregel en vervangende hechtenis, art. 36f lid 5 en 24c lid 1 Sr: ingevolge deze bepalingen dient de rechter bij het opleggen van de maatregel ten behoeve van het slachtoffer voor het geval dat noch volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, te bevelen dat vervangende hechtenis zal worden toegepast. Die vervangende hechtenis mag in een geval als in casu waarin sprake is van samenloop als bedoeld in art. 57 Sr, ingevolge art. 60a jo. art. 24c lid 3 Sr ten hoogste een jaar bedragen
HR 28-06-2016, ECLI:NL:HR:2016:1335
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
28 juni 2016
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, V. van den Brink, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
15/00083
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Sancties
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:1335, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 28‑06‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:546, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑04‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑02‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑01‑2016
- Wetingang
Essentie
Opzettelijk een ontploffing te weeg brengen, indien daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten is, art. 157 Sr: het opzet van de verdachte hoeft hierbij niet ook te zijn gericht op het te duchten levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel, aangezien bedoeld gevaar ten tijde van het teweegbrengen van de ontploffing slechts naar algemene ervaringsregels voorzienbaar moet zijn geweest, zodat niet van belang is dat de dader zelf dat gevaar wellicht niet heeft voorzien.Oplegging schadevergoedingsmaatregel en vervangende hechtenis, art. 36f lid 5 en 24c lid 1 Sr: ingevolge deze bepalingen dient de rechter bij het opleggen van de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.