NJ 1951/334
Het bevel tot sluiting van de gerechtszaal voor het publiek kan eerst worden gegeven na vervulling der in 278 Sv. voorgeschreven formaliteiten.Ontuchtige handelingen?
HR 27-02-1951, ECLI:NL:HR:1951:217, m.nt. Prof. Mr. W.P.J. Pompe
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
27 februari 1951
- Magistraten
Mrs Fick, Sinninghe Damsté, Feber, Rombach, Vrij
- Zaaknummer
[27021951/NJ_1951-334]
- Conclusie
Conclusie Adv.-Gen. van Asch van Wijck.
- Noot
Prof. Mr. W.P.J. Pompe
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS166320:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1951:217, Uitspraak, Hoge Raad, 27‑02‑1951
- Wetingang
(RO art. 20; Sv art. 278; Sr art. 248bis.)
Essentie
Het bevel tot sluiting van de gerechtszaal voor het publiek kan eerst worden gegeven na vervulling der in 278 Sv. voorgeschreven formaliteiten.Ontuchtige handelingen?
Samenvatting
Terwijl krachtens art. 20 R. O. het rechtsgeding op de t.r.z. op straffe van nietigheid in het openbaar wordt gehouden, tenzij de rechter om gewichtige bij het proc.-verb. der zitting te vermelden redenen beveelt dat het geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren zal plaats hebben, heeft het Wetb. v. Sv., ter vermijding van het vroeger wel voorkomend geven van dat bevel vóór den aanvang der openbare terechtzitting, waardoor debat over het al dan niet ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.