RO 2012/43
Bestuurdersaansprakelijkheid. Invordering. De Hoge Raad herhaalt zijn oordeel dat een eerder gedane melding betalingsonmacht niet geldt voor naheffingsaanslagen voor bedragen die niet zijn aangegeven.
HR 06-04-2012, ECLI:NL:HR:2012:BR7065
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 april 2012
- Magistraten
Mrs. J.A.C.A. Overgaauw, D.G. van Vliet, A.R. Leemreis, C.H.W.M. Sterk, P.M.F. van Loon
- Zaaknummer
11/01496
- Conclusie
A-G mr. C.W.M. van Ballegooijen
- LJN
BR7065
- JCDI
JCDI:ADS911499:1
- Vakgebied(en)
Invordering / Aansprakelijkheid
Ondernemingsrecht (V)
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑04‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BR7065, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑04‑2012
ECLI:NL:PHR:2012:BR7065, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑08‑2011
- Wetingang
Invorderingswet 1990art. 36; Uitvoeringsbesluit Invorderingswet 1990 art. 7 lid 2
Essentie
Bestuurdersaansprakelijkheid. Invordering. Betalingsonmacht.
De Hoge Raad herhaalt zijn in HR 23 december 2011, RO 2012/24 gegeven oordeel dat een eerder gedane melding betalingsonmacht niet geldt voor naheffingsaanslagen voor bedragen die niet zijn aangegeven.
Samenvatting
X is enig bestuurder en aandeelhouder van A BV. Begin 2004 is namens de vennootschap (impliciet) een melding betalingsonmacht gedaan. Naar aanleiding van een in februari 2006 ingesteld boekenonderzoek is op 29 augustus 2006 aan A BV wegens het niet doen van tijdige en volledige aangifte een naheffingsaanslag omzetbelasting opgelegd over 2004 en 2005 van € 121.475. A BV wordt op 5 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.