RvdW 2009, 675
Afwijzing aanhoudingsverzoek wegens nieuwe raadsman niet zonder meer begrijpelijk.
HR 19-05-2009, ECLI:NL:HR:2009:BH7256
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 mei 2009
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, J.W. Ilsink, W.M.E. Thomassen
- Zaaknummer
07/12081
- Conclusie
A-G Jörg
- LJN
BH7256
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2009:BH7256, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑05‑2009
ECLI:NL:PHR:2009:BH7256, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑03‑2009
- Wetingang
EVRM art. 6
Essentie
Verdachte verzoekt aanhouding in verband met een nieuwe raadsman. `s Hofs vaststelling bij de afwijzing van het verzoek dat verdachte er zelf voor heeft gekozen om pas kort voor de terechtzitting met zijn raadsman te overleggen is niet zonder meer begrijpelijk, nu verdachte heeft verklaard dat hij verschillende keren met zijn raadsman heeft gesproken en dat 'afgelopen zaterdag' een vertrouwensbreuk is ontstaan.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's‑Gravenhage van 4 april 2007, nummer 22/007334-05, in de strafzaak tegen J.W.A.P. Adv. mr. C.W. Noorduyn, te 's‑Gravenhage.