Einde inhoudsopgave
Procesreglement Hoge Raad der Nederlanden
3.2.7.2
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2024
- Bronpublicatie:
25-03-2024, Stcrt. 2024, 13992 (uitgifte: 26-04-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-04-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-03-2024, Stcrt. 2024, 13992 (uitgifte: 26-04-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Strafprocesrecht / Algemeen
Indien een verweerder/belanghebbende verzoekt om verlenging van de in artikel 3.2.7.1. bedoelde termijn beslist de enkelvoudige civiele kamer, gehoord de verzoeker, of verlenging wordt verleend. Op verzoek van een verweerder/belanghebbende kan de termijn van artikel 426b Rv worden verlengd met zes weken, indien blijkt dat de verzoeker daartegen geen bezwaar heeft. Een verzoeker die tegen verlenging wél bezwaar heeft, moet motiveren dat een spoedeisend belang zich tegen verlenging van de termijn verzet.