Einde inhoudsopgave
Verordening op de advocatuur
Artikel 6.21 Beschikbaarheid stichting derdengelden
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2017
- Bronpublicatie:
07-12-2016, Stcrt. 2016, 68605 (uitgifte: 20-12-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-12-2016, Stcrt. 2016, 68605 (uitgifte: 20-12-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Advocaat
1.
Een advocaat heeft een stichting derdengelden ter beschikking, die voldoet aan de eisen opgenomen in artikel 6.22.
2.
In afwijking van het eerste lid, is een advocaat die in de uitoefening van zijn praktijk geen derdengelden ontvangt, vrijgesteld van de verplichting een stichting derdengelden ter beschikking te hebben.
3.
Een advocaat stelt de deken schriftelijk op de hoogte van:
- a.
het niet ter beschikking hebben van een stichting derdengelden;
- b.
enige wijziging inzake de beschikbaarheid van een stichting derdengelden.