V-N 2022/45.8
Manager geen recht op aftrek dubbele belasting voor aan Duitse werkzaamheden toerekenbaar loon
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 oktober 2022
- Magistraten
Koopman, Feteris, Faase, Boerlage, Cools
- Zaaknummer
21/00747
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS673439:1
- Vakgebied(en)
Loonbelasting / Dienstbetrekking
Internationaal belastingrecht / Heffingsbevoegdheid
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
Europees belastingrecht / Voorkoming van dubbele belasting
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1436, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑10‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑10‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:250, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 16‑03‑2022
- Wetingang
art. 15 OESO-modelverdrag; art. 10 Verdrag Nederland-Duitsland
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat X geen recht heeft op een vermindering ter voorkoming van dubbele belasting. Aan onderdeel 8.10 OESO-commentaar uit 2010 komt namelijk geen betekenis toe bij de uitleg van art. 10 lid 2 onderdeel 2 Belastingverdrag NL-D.
Samenvatting
X woont in Nederland en werkt in dienstbetrekking bij een in het Verenigd Koninkrijk (VK) gevestigde Limited. Hij vervult een managementfunctie binnen een internationale groep ondernemingen. Een van deze ondernemingen is het Duitse GmbH. X verricht zijn werkzaamheden voor de Limited en de GmbH en is verantwoording schuldig aan (de CEO van) het Amerikaanse LLC, de moedermaatschappij ...