NJ 2023/172
Mishandeling van stiefkind en kind, meermalen gepleegd. Strafmotiveringsklacht. Mocht het hof bij de strafmotivering acht slaan op zaken die voorwaardelijk zijn geseponeerd?
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
7 maart 2023
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, A.E.M. Röttgering, C. Caminada
- Zaaknummer
21/01515
- Conclusie
A-G mr. D.J.M.W. Paridaens
- Noot
N. Keijzer
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS702656:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:339, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 07‑03‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:46, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑01‑2023
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑03‑2022
- Wetingang
Art. 359 Sv
Essentie
Mishandeling van stiefkind en kind, meermalen gepleegd. Het hof heeft overwogen dat het wat betreft de persoon van de verdachte heeft gelet op het Uittreksel Justitiële Documentatie, waaruit blijkt dat twee huiselijkgeweldzaken tegen de verdachte in 2012 en in 2015 voorwaardelijk zijn geseponeerd. De daartegen gerichte klacht is terecht voorgesteld, maar leidt bij gebrek aan belang niet tot cassatie.
Samenvatting
De rechter mag bij de strafoplegging rekening houden met een niet tenlastegelegd feit, onder meer als de verdachte voor dit feit onherroepelijk is veroordeeld en dit feit wordt vermeld ter nadere uitwerking van de persoonlijke omstandigheden van de ...