Einde inhoudsopgave
Overleveringswet
Artikel 4 [SIS-signalering]
Geldend
Geldend vanaf 01-02-2006
- Bronpublicatie:
22-12-2005, Stb. 2006, 24 (uitgifte: 01-01-2006, kamerstukken: 30171)
- Inwerkingtreding
01-02-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-2005, Stb. 2006, 24 (uitgifte: 01-01-2006, kamerstukken: 30171)
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Uitlevering en overlevering
1.
De uitvaardigende justitiële autoriteit kan besluiten de opgeëiste persoon te doen signaleren in het Schengen-informatiesysteem, overeenkomstig artikel 95 van de Uitvoeringsovereenkomst van Schengen.
2.
Met het oog op de opsporing en aanhouding in een lidstaat van de Europese Unie die geen toegang heeft tot het Schengen-informatie systeem kan de uitvaardigende justitiële autoriteit eveneens besluiten de opgeëiste persoon te signaleren via Interpol.
3.
Een signalering, bedoeld in het eerste en tweede lid, dient onmiddellijk nadat de opgeëiste persoon is aangetroffen, te worden gevolgd door toezending van het Europees aanhoudingsbevel aan de in artikel 3 bedoelde autoriteit.
4.
Een signalering, bedoeld in het eerste lid, wordt voor de toepassing van deze wet gelijkgesteld met een Europees aanhoudingsbevel, mits daarin alle gegevens, bedoeld in artikel 2, tweede lid, zijn opgenomen.