Ktr. 's-Hertogenbosch, 28-07-2011, nr. 733036, 11-172
ECLI:NL:RBSHE:2011:BR5000
- Instantie
Rechtbank 's-Hertogenbosch (Kantonrechter)
- Datum
28-07-2011
- Magistraten
Mr. J.H. Wiggers
- Zaaknummer
733036, 11-172
- LJN
BR5000
- Roepnaam
Centramed en St Jeroen Bosch Ziekenhuis
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBSHE:2011:BR5000, Uitspraak, Rechtbank 's-Hertogenbosch (Kantonrechter), 28‑07‑2011
Uitspraak 28‑07‑2011
Mr. J.H. Wiggers
Partij(en)
in de zaak van:
[mevrouw B],
wonende te 's‑Hertogenbosch,
eiseres,
gemachtigde: mr. R.J.J.M. Witlox,
tegen
- 1.
de onderlinge waarborgmaatschappij Centramed B.A.,
gevestigd te Voorburg,
gedaagde,
gemachtigde: mr. Chr.H. van Dijk,
- 2.
de stichting Stichting Jeroen Bosch Ziekenhuis,
gevestigd te 's‑Hertogenbosch,
opgeroepen als belanghebbende,
gemachtigde: mr. Chr.H. van Dijk;
als vervolg van het tussen [B] en Centramed gewezen vonnis van 12 mei 2011.
1. Het vervolg van de procedure
Bij voormeld vonnis is [B] in de gelegenheid gesteld om Stichting Jeroen Bosch Ziekenhuis, hierna genoemd ‘JBZ’, alsnog in het geding te roepen. [B] heeft dat gedaan bij exploot van 31 mei 2011. JBZ is in rechte verschenen en heeft een conclusie van antwoord genomen. Daarna is andermaal vonnis bepaald.
2. Het geschil voor zover dat JBZ betreft
[B] heeft JBZ, op de voet van artikel 7:954 BW in het geding geroepen.
JBZ heeft, zo blijkt uit de conclusie van antwoord, kennis genomen van alle in deze procedure reeds gewisselde processtukken, en heeft zich in haar verweer aangesloten bij het verweer dat door Centramed is gevoerd en geen andere punten van verweer naar voren gebracht.
Om die reden is geen gelegenheid meer gegeven voor repliek en dupliek waar het het debat met JBZ betreft.
3. De (verdere) beoordeling
3.1.
Voor de vaststaande feiten wordt verwezen naar de in het vonnis van 12 mei 2011 vermelde vaststaande feiten. Thans is onder meer het volgende van belang.
Centramed heeft in het onderhavige geval aansprakelijkheid erkend en heeft bij brief van 24 oktober 2008 medegedeeld dat zij 70% van de schade van [B] zal vergoeden, alsmede € 5.000,- als shockschade.
Middels overeenkomst/machtiging d.d. 30 oktober 2008 heeft [B] de afhandeling van de overlijdensschade uitbesteed aan Witlox. Tot die tijd was zij bijgestaan door SRK Rechtsbijstand. Op 4 november 2008 heeft Witlox zich bij Centramed gemeld als opvolgend rechtsbijstandverlener. Centramed heeft het expertisebureau Andriessen & Geurst ingeschakeld om de schadeclaim af te wikkelen.
Bij brief van 10 mei 2010 heeft Andriessen & Geurst een eindregelingsvoorstel gedaan. [B] heeft de vaststellingsovereenkomst op 23 juni 2010 getekend. De restantvordering buitengerechtelijke kosten is daarbij buiten de finale kwijting gelaten.
Centramed heeft in totaal een bedrag van € 29.355,72 aan [B] wegens schadevergoeding betaald en in totaal € 3.380,64 aan buitengerechtelijke kosten vergoed.
In totaal heeft Witlox een bedrag van € 6.605,05 aan buitengerechtelijke kosten bij Centramed gedeclareerd. Centramed heeft geweigerd de restantvordering buitengerechtelijke kosten van € 3.269,41 te betalen.
3.2.
Aan de orde is de vraag of de vergoedingsplicht van Centramed jegens [B] uit hoofde van artikel 6:96 lid 2 BW verder strekt dan het reeds door haar ter zake van buitengerechtelijke kosten betaalde bedrag van € 3.380,64, en met name de vraag of het boven dit bedrag gevorderde ad € 3.269,41 voldoet aan de dubbele redelijkheidstoets van dat artikellid. Vereist is dat, in de gegeven omstandigheden, de kosten redelijk zijn en de verrichte werkzaamheden redelijkerwijs noodzakelijk waren om schadevergoeding te verkrijgen.
3.3.
Witlox heeft blijkens de facturen van 30 juni 2009 en 2 juni 2010 respectievelijk 11:42 uur aan € 250,- per uur (exclusief btw) en 5:36 uur deels aan € 250,- per uur (waar het 2009 betreft) en deels aan € 275,- per uur (waar het 2010 betreft) (beide exclusief btw) in rekening gebracht. In totaal is 17:18 uur in rekening gebracht. Ook is een kantooropslag van 6% respectievelijk 5% in rekening gebracht.
Blijkens de specificaties van de facturen gaat het om verschillende werkzaamheden, waaronder voornamelijk schriftelijke correspondentie en telefoongesprekken met [B] en met (de gemachtigde van) Centramed en dossierstudie.
Tevens zijn de kosten van een medisch adviseur ad € 637,74, € 260,90 en € 173,93 (inclusief btw) en reiskosten ad € 17,85 (incl. btw) in rekening gebracht.
3.4.
Terecht merkt Centramed op dat de posten op de declaraties die betrekking hebben op het ontvangen van de facturen van de medisch adviseur, het opmaken van de eigen declaraties van Witlox, de verzending van zijn declaraties en ‘afwikkelingskosten’ vallen onder de algemene kantooropslag van 5% dan wel 6% en niet daarnaast en apart nog in rekening kunnen worden gebracht.
Ook de werkzaamheden die Witlox (kennelijk) reeds op 17 juni 2008 heeft verricht kunnen niet aan Centramed worden doorbelast, aangezien hij toen nog niet optrad als gemachtigde van [B].
Ook de tijd van de correspondentie met SRK die verband houdt met de overdracht van het dossier kan niet aan Centramed worden doorbelast, aangezien het voor rekening van [B] komt dat zij is overgestapt naar een andere belangenbehartiger.
Op deze gronden dienen 126 minuten, ofwel 2:06 uur, in mindering te komen op het totaal aantal gedeclareerde uren van 17:18, zodat resteert 15:12 uur.
3.5.
Aan Centramed moet worden toegegeven dat Witlox wel zeer uitgebreid heeft gecorrespondeerd met [B] en dat dat, waar dat meer dan noodzakelijk en redelijk is geweest, niet in rekening kan worden gebracht aan Centramed. Naast de bezoeken aan [B] is 40 maal 6 minuten aan correspondentie met [B] (waaronder ook telefoongesprekken) in rekening gebracht. Ook bij een ruime begroting is het ter zake meer in rekening brengen dan 20 maal 6 minuten naar het oordeel van de kantonrechter in het onderhavige geval niet redelijk. In dit verband is ook van betekenis dat nergens uit blijkt dat er nog ingewikkelde kwesties dienden te worden afgehandeld.
Hier dient derhalve 20 maal 6 minuten is 2:00 uur in mindering te komen op het totaal aantal gedeclareerde uren, zodat resteert 13:12 uur.
3.6.
Voorts moet aan Centramed worden toegegeven dat de door Witlox voor de onderhavige werkzaamheden in rekening gebrachte uurtarieven niet redelijk zijn. Uit het door Centramed overgelegde rapport van prof. mr. M.G. Faure van 23 januari 2008 blijkt dat het gemiddelde uurtarief van belangenbehartigers (niet zijnde advocaten) in letselschadezaken in 2006 € 178,88 bedroeg. Witlox is geen advocaat. Het moge zo zijn dat hij advocaat is geweest en expert is op het gebied van letselschadezaken, doch dat laat onverlet dat de in rekening gebrachte uurtarieven niet redelijk zijn. In dit verband is mede van betekenis dat de werkzaamheden alleen nog de schadevaststelling betroffen, waarbij zich geen lastig feitelijk of juridisch probleem (meer) voordeed. Het ging in belangrijke mate nog om de vaststelling van het behoeftetekort en om de shockschade. De berekeningen met betrekking tot het behoeftetekort zijn verricht door Andriessen & Geurst. De shockschade was al in belangrijke mate afgehandeld toen Witlox de zaak overnam. Er is geen uitvoerige discussie gevoerd over de definitieve vaststelling van de schadeomvang. Nergens uit blijkt dat Witlox inhoudelijke werkzaamheden van substantiële omvang heeft verricht. Een hoog specialistentarief is dan niet op zijn plaats. Voor zover de gedeclareerde uurtarieven uitgaan boven € 200,- moeten deze in dit geval niet redelijk worden geoordeeld.
3.7.
Voorts is het niet redelijk om eenvoudige secretariaatswerkzaamheden, zoals het doorzenden van ingekomen brieven aan [B], in rekening te brengen tegen het specialistentarief. Deze behoren tegen een lager tarief te worden gedeclareerd. Gelet op het aantal eenregelige aan [B] (door)gezonden brieven, zal, ter compensatie van een voor deze werkzaamheden lager te rekenen tarief, een aftrek op het aantal gedeclareerde uren worden toegepast van zes maal zes minuten, in totaal 36 minuten. Er resteert dan een aantal van 12:36 uur.
3.8.
Witlox heeft een reiskostenvergoeding van € 1,- per kilometer in rekening gebracht. Met juistheid merkt Centramed op dat de gebruikelijke reiskostenvergoeding € 0,24 per kilometer bedraagt. Het is dan niet redelijk om een hoger tarief in rekening te brengen. In plaats van € 17,85 (inclusief btw) voor 15 gereden kilometers zal ter zake — afgerond — € 4,30 (inclusief btw) worden gerekend.
3.9.
Ook het in rekening brengen van reistijd tegen het volle uurtarief is niet redelijk. Er is twee maal een half uur reistijd in rekening gebracht aan € 250,- per uur, derhalve in totaal € 250,-. Het is niet redelijk daarvoor meer dan € 100,- per uur (zijnde de helft van het redelijke uurtarief voor inhoudelijke werkzaamheden) te rekenen. In verband daarmee zal het aantal tegen het volle tarief in rekening te brengen uren met een half uur worden verminderd. Er resteert dan een aantal in redelijkheid te declareren uren van 12:06.
3.10.
Het doorbelasten van de kosten van de medisch adviseur moet wel redelijk worden geoordeeld. Voor het bepalen van het behoeftetekort en, in verband daarmee, van de hypothetische eindleeftijd waarvan moet worden uitgegaan, kan het redelijk en noodzakelijk worden geoordeeld dat een medisch adviseur werd ingeschakeld. Het is immers begrijpelijk dat [B] de mening van een deskundige wilde horen over de berekeningen van Andriessen & Geurst dienaangaande.
Het uurtarief van de medisch deskundige ad € 232,- is aan de hoge kant, maar niet buitensporig dan wel zodanig onredelijk dat een deel van de kosten van de medisch adviseur voor rekening van [B] zouden moeten worden gelaten.
3.11.
Aldus kan, uitgaande van de overgelegde facturen en de daarop toegepaste correcties, aan buitengerechtelijke kosten die de dubbele redelijkheidstoets doorstaan, het volgende bij Centramed in rekening worden gebracht.
In totaal 12:06 uur tegen € 200,- per uur maakt € 2.420,- (exclusief btw).
Een redelijke kantoorkostenopslag bedraagt 5%. Deze bedraagt derhalve € 121,-.
In totaal maakt dat € 2.541,- (exclusief btw). Inclusief btw is dat € 3.023,79.
Daar komt bij: € 4,30 (inclusief btw) aan reiskosten, en € 637,74 en € 434,83 voor de facturen van de medisch adviseur.
In totaal kan dan in redelijkheid bij Centramed in rekening worden gebracht de somma van € 4.100,66.
3.12.
Centramed heeft reeds vergoed het bedrag van € 3.380,64. Er resteert dan te vergoeden € 720,02. Dit bedrag is toewijsbaar.
De wettelijke rente daarover is niet toewijsbaar vanaf de vervaldata van de facturen, nu niet is gesteld of gebleken dat Centramed vanaf die data in verzuim was. De wettelijke rente is wel toewijsbaar vanaf de datum van dagvaarding, zijnde 24 december 2010.
3.13.
De onderhavige vordering betreft een directe actie van [B] jegens Centramed op de voet van artikel 7:954 BW. Het gaat in wezen om een vordering uit hoofde van de verzekering tegen aansprakelijkheid die JBZ bij Centramed heeft gesloten, op grond waarvan [B] op de voet van artikel 7:954 BW direct van Centramed betaling kan verlangen. Daar het een directe actie betreft, valt JBZ als aansprakelijke jegens [B] en als verzekerde in relatie tot Centramed, daar tussen uit. De veroordeling geldt derhalve alleen Centramed.
JBZ is echter, als belanghebbende, in het geding geroepen en heeft geen andere punten van verweer aangevoerd dan de hiervoor besproken verweerpunten van Centramed. In de verhouding tussen [B] en JBZ is de beslissing in deze zaak daarom ook bindend.
3.14.
Aangezien [B] in belangrijke mate in het ongelijk wordt gesteld, zal zij worden veroordeeld in een deel van de kosten van Centramed, als na te melden. Voor het overige zullen de kosten van de procedure worden gecompenseerd, als na te melden.
4. De beslissing
De kantonrechter:
veroordeelt Centramed om aan [B] te betalen de somma € 720,02, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 24 december 2010 tot de dag der voldoening;
veroordeelt [B] om aan Centramed ter zake van de kosten van de procedure te betalen de somma van € 200,- als bijdrage in het salaris van de gemachtigde (niet met btw belast);
compenseert de kosten van de procedure voor het overige, in die zin dat alle partijen voor het overige hun eigen kosten dragen;
verstaat dat de beslissing in deze zaak (ook) bindend is in de verhouding tussen [B] en JBZ;
verklaart dit vonnis waar het de veroordelingen betreft uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders gevorderde af.
Aldus gewezen door mr. J.H. Wiggers, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 28 juli 2011.