Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2001/34/EG betreffende de toelating van effecten tot de officiële notering aan een effectenbeurs en de informatie die over deze effecten moet worden gepubliceerd
Artikel 43
Geldend
Geldend van 26-07-2001 tot 05-12-2026
- Bronpublicatie:
28-05-2001, PbEG 2001, L 184 (uitgifte: 06-07-2001, regelingnummer: 2001/34/EG)
- Inwerkingtreding
26-07-2001
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-05-2001, PbEG 2001, L 184 (uitgifte: 06-07-2001, regelingnummer: 2001/34/EG)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Europees financieel recht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
De te verwachten beurswaarde van de aandelen waarvoor toelating tot de officiële notering wordt aangevraagd of, indien deze niet kan worden geraamd, het eigen vermogen van de vennootschap inclusief de resultaten van het laatste boekjaar, moet ten minste EUR 1 000 000 bedragen.
2.
De lidstaten kunnen evenwel bepalen dat het niet voldoen aan deze voorwaarde geen beletsel vormt voor de toelating tot de officiële notering, wanneer de bevoegde autoriteiten ervan verzekerd zijn dat voor de betrokken aandelen een voldoende markt tot stand zal komen.
3.
Een lidstaat kan, met het oog op de toelating tot de officiële notering, voor de te verwachten beurswaarde of voor het eigen vermogen slechts een hoger bedrag eisen, indien in die staat een andere geregelde, regelmatig werkende, erkende en open markt bestaat, waarvoor de eisen terzake gelijk aan of lager dan de in lid 1 vermelde zijn.
4.
De in lid 1 vermelde voorwaarde is niet van toepassing voor de toelating tot de officiële notering van een verder gedeelte aandelen van dezelfde categorie als waarvan reeds aandelen zijn toegelaten.
5.
De tegenwaarde in nationale valuta van EUR 1 000 000 is aanvankelijk het equivalent van de tegenwaarde in nationale valuta van een miljoen Europese rekeneenheden welke op 5 maart 1979 gold.
6.
Indien ten gevolge van wijzigingen in de tegenwaarde van de euro in nationale valuta het in nationale valuta uitgedrukte bedrag van de beurswaarde gedurende een periode van een jaar ten minste 10 % lager of hoger ligt dan de waarde van EUR 1 000 000, moet de betrokken lidstaat binnen twaalf maanden na het verstrijken van deze periode zijn wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen aan lid 1 aanpassen.