NJ 2009, 208
Profijtontneming: afwijzing vordering i.v.m. art. 6 lid 2 EVRM onvoldoende gemotiveerd
HR 21-04-2009, ECLI:NL:HR:2009:BG4270
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 april 2009
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J.P. Balkema, B.C. de Savornin Lohman, W.M.E. Thomassen, H.A.G. Splinter-van Kan
- Zaaknummer
07/13046 P
- Conclusie
A-G Jörg
- LJN
BG4270
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Materieel strafrecht / Sancties
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Bijzonder strafrecht / Fiscaal strafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2009:BG4270, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑04‑2009
- Wetingang
Sr art. 36e; EVRM art. 6 lid 2
Essentie
Profijtonteming en Geerings-problematiek. Afwijzing van de ontnemingsvordering terzake van voordeel uit door een criminele organisatie beoogd misdrijf is onvoldoende gemotiveerd.
Samenvatting
Hof: Betrokkene is veroordeeld wegens o.a. deelneming aan een criminele organisatie die tot oogmerk had het plegen van Opiumwetmisdrijven. De ontnemingsvordering is gebaseerd op art. 225 Sr: betrokkene zou m.b.v. valse documenten een hypothecaire lening hebben verkregen; het wederrechtelijk genoten voordeel zou zijn gelegen in ontstane waardevermeerdering van de met die lening bekostigde woning. Hij is niet afzonderlijk vervolgd wegens valsheid in geschrift, maar die valsheid in geschrift is wel tenlastegelegd als door de criminele ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.