Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsbesluit WVO 2020
Artikel 4.19 Vaststelling uitslag staatsexamen
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2022
- Bronpublicatie:
14-10-2021, Stb. 2021, 521 (uitgifte: 05-11-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-08-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-12-2021, Stb. 2022, 13 (uitgifte: 11-01-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Voortgezet onderwijs
1.
Het college stelt voor de vaststelling van de uitslag van het staatsexamen vast of de examenkandidaat het staatsexamen heeft afgelegd in de voor het staatsexamen voorgeschreven vakken.
2.
Het college kan een examenkandidaat die deelstaatsexamen aflegt toestaan het volledige staatsexamen af te leggen, als deze examenkandidaat het college daar voorafgaand aan zijn examens om verzoekt. Het examen wordt in datgeval afgerond door voor de ontbrekende vakken, in aanvulling op de cijferlijst voor het deelstaatsexamen, aan het college bewijsstukken te over te leggen als bedoeld in het vierde lid.
3.
De uitslag van het staatsexamen wordt vastgesteld:
- a.
op grond van de eindcijfers die zijn behaald voor een volledig staatsexamen dat in dat jaar is afgelegd; of
- b.
op grond van bewijsstukken als bedoeld in vierde lid.
4.
De bewijsstukken, bedoeld in artikel 2.72 van de wet, ter verkrijging van een diploma van het staatsexamen zijn:
- a.
eindcijfers van deelstaatsexamens die in dat jaar zijn afgelegd;
- b.
cijferlijsten als bedoeld in artikel 2.80, eerste lid, van de wet en de artikelen 4.25 en 4.26;
- c.
cijferlijsten van een school;
- d.
resultatenlijsten of cijferlijsten van instellingen voor educatie en beroepsonderwijs;
- e.
bewijzen van ontheffing als bedoeld in artikel 4.9, tweede lid;
- f.
bewijzen van ontheffing als bedoeld in artikel 3.67, tweede lid.
5.
Een cijferlijst wordt bij de vaststelling van de uitslag betrokken, indien na het jaar waarin deze is vastgesteld, nog geen tien jaar zijn verstreken. Een bewijs van ontheffing wordt bij de vaststelling van de uitslag betrokken indien na het jaar waarin het onderliggende diploma, getuigschrift of ander bewijsstuk is vastgesteld, nog geen tien jaar zijn verstreken.
6.
Indien dat nodig is om de examenkandidaat te laten slagen voor het staatsexamen, betrekt het college een of meer eindcijfers van de vakken niet bij de bepaling van de definitieve uitslag. De overgebleven vakken dienen een staatsexamen te vormen.