Einde inhoudsopgave
Waterwet
Artikel 7.8 [Vrijstellingen]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
12-02-2020, Stb. 2020, 172 (uitgifte: 17-06-2020, kamerstukken: 34986)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-04-2023, Stb. 2023, 113 (uitgifte: 07-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Waterrecht (V)
Milieubelastingen (V)
Openbare orde en veiligheid / Rampvoorbereiding
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
1.
Van verontreinigingsheffing zijn vrijgesteld:
- a.
lozingen die plaatsvinden met behulp van een openbaar vuilwaterriool;
- b.
lozingen van stoffen vanuit een zuiveringtechnisch werk door een beheerder op een oppervlaktewaterlichaam dat bij hem in beheer is;
- c.
lozingen van stoffen afkomstig uit een zuiveringtechnisch werk anders dan door de beheerder, mits het lozen plaatsvindt op een oppervlaktewaterlichaam dat bij die beheerder in beheer is en de hoeveelheid afvalstoffen, verontreinigende of schadelijke stoffen niet is toegenomen.
2.
Voorts kunnen bij of krachtens algemene maatregel van bestuur onderscheidenlijk bij belastingverordening nadere regels worden gesteld met betrekking tot de verontreinigingsheffing.