AB 2010/206
Redelijke termijn. Aanvang termijn. Omvang termijn en toerekening aan bestuursorgaan. Schadevergoeding. Verblijfsaanvaarding (in dit geval) geen toereikende compensatie.
ABRvS 07-04-2010, ECLI:NL:RVS:2010:BM0213, m.nt. F.M.J. den Houdijker
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
7 april 2010
- Magistraten
Mrs. J.E.M. Polak, P.B.M.J. van der Beek-Gillessen, N.S.J. Koeman
- Zaaknummer
200904891/1/H2
- Noot
F.M.J. den Houdijker
- LJN
BM0213
- JCDI
JCDI:ADS874640:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Bestuursprocesrecht (V)
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2010:BM0213, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 07‑04‑2010
- Wetingang
EVRM art. 6
Essentie
Redelijke termijn. Aanvang termijn. Omvang termijn en toerekening aan bestuursorgaan. Schadevergoeding. Verblijfsaanvaarding (in dit geval) geen toereikende compensatie.
Samenvatting
Verzoek om vergoeding van schade als gevolg van overschrijding van de redelijke termijn in een asielprocedure. De voornemenprocedure in asielzaken is niet relevant voor het bepalen van de aanvang van de redelijke termijn. Er dient immers sprake te zijn van een geschil en daarvan is niet eerder sprake dan wanneer afwijzend op een aanvraag wordt beslist en daartegen beroep wordt ingesteld. Met betrekking tot de omvang van de redelijke termijn geldt in zaken als deze, waarin het geschil aanvangt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.