Einde inhoudsopgave
Aanwijzingen voor de regelgeving
Officiële Toelichting
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2018
- Bronpublicatie:
22-12-2017, Stcrt. 2017, 69426 (uitgifte: 29-12-2017, regelingnummer: 3215945)
- Inwerkingtreding
01-01-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-2017, Stcrt. 2017, 69426 (uitgifte: 29-12-2017, regelingnummer: 3215945)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Staatsrecht / Wetgeving
Eerste en tweede lid. Tegen wijziging van een regeling bij regeling van lagere orde bestaat hetzelfde bezwaar als in aanwijzing 2.31 ten aanzien van afwijking van een regeling bij regeling van lagere orde is geformuleerd, namelijk dat dit onoverzichtelijke regelgeving in de hand werkt. Daarom wordt ook slechts voor twee specifieke gevallen een uitzondering gemaakt, namelijk voor wijziging van tarieven, bedragen en percentages en voor technische wijziging van verwijzingen naar (onderdelen van) bindende EU-rechtshandelingen of verdragen.
Van wetstechnische aanpassing van verwijzingen is sprake indien onderdelen van een bindende EU-rechtshandeling of verdrag zijn vernummerd of indien een bindende EU-rechtshandeling in het kader van ‘codificatie’ opnieuw is vastgesteld, zonder dat sprake is van inhoudelijke wijziging. De aanpassing van een verwijzing heeft dan een zuiver wetstechnisch karakter en is veelal spoedeisend vanwege het ontbreken van een implementatietermijn.
Derde lid. Gebruik van andere termen (zoals herzien, aanpassen, in de plaats treden, indexeren) leidt tot onduidelijke delegatieopdrachten. Om die reden wordt in de delegatiebepaling de term ‘wijzigen’ of ‘vervangen’ gebruikt en wordt de gedelegeerde regeling als een wijzigingsregeling vormgegeven. Ook wetsbepalingen die opdracht geven tot wijziging of vervanging ‘van rechtswege’ worden niet gebruikt. Zie ook aanwijzing 6.1.