Einde inhoudsopgave
Regeling opvang asielzoekers
Artikel 15
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2001
- Redactionele toelichting
Deze wijziging treedt tegelijk in werking met de Vreemdelingenwet 2000 (23-11-2000, Stb. 495).
- Bronpublicatie:
27-03-2001, Stcrt. 2001, 63 (uitgifte: 01-01-2001, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-04-2001
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-03-2001, Stb. 2001, 144 (uitgifte: 01-01-2001, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Verblijf
1.
De gemeente is verplicht opvang te bieden aan asielzoekers ten aanzien van wie de minister aan de gemeente een daartoe strekkend verzoek heeft gericht, tot ten hoogste een aantal asielzoekers dat gelijk is aan het aantal in het kader van een overeenkomst als bedoeld in artikel 14 door de gemeente beschikbaar te stellen opvangplaatsen.
2.
De opvang door de gemeente omvat de volgende verstrekkingen:
- a.
woonruimte;
- b.
een toelage voor persoonlijke uitgaven;
- c.
een verzekering tegen ziektekosten alsmede een verzekering tegen de financiële gevolgen van wettelijke aansprakelijkheid;
- d.
betaling van buitengewone kosten;
- e.
sociaal-culturele activiteiten.
3.
De opvang van een asielzoeker eindigt in elk geval:
- a.
indien het een asielzoeker betreft op wiens asielaanvraag inwilligend is beslist: drie maanden na de datum waarop hem schriftelijk kennis is gegeven van de inwilligende beslissing;
- b.
op de dag waarop de betrokken asielzoeker het bewonen van de hem door de gemeente beschikbaar gestelde woonruimte beëindigt;
- c.
indien het een vreemdeling betreft die rechtmatig verwijderbaar is vanwege het niet inwilligen van de asielaanvraag: vier weken na de dag waarop de vreemdeling rechtmatig verwijderbaar is geworden.