Einde inhoudsopgave
Verdrag inzake het witwassen, de opsporing, de inbeslagneming en de confiscatie van opbrengsten van misdrijven
Artikel 21 Betekening van stukken
Geldend
Geldend vanaf 01-09-1993
- Bronpublicatie:
08-11-1990, Trb. 1990, 172 (uitgifte: 13-12-1990, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-09-1993
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-06-1993, Trb. 1993, 88 (uitgifte: 01-01-1993, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Bijzondere onderwerpen strafrecht
Internationaal strafrecht / Internationale misdrijven
1.
De Partijen kennen elkander de ruimste mate van wederzijdse rechtshulp toe bij de betekening van gerechtelijke stukken aan personen die worden getroffen door voorlopige maatregelen en confiscatie.
2.
Geen enkele bepaling van dit artikel staat de mogelijkheid in de weg:
- a.
dat gerechtelijke stukken rechtstreeks over de post worden toegezonden aan personen in het buitenland;
- b.
dat deurwaarders, ambtenaren of andere bevoegde autoriteiten van de Partij van herkomst van gerechtelijke stukken rechtstreeks door de consulaire autoriteiten van die Partij of door de deurwaarders, ambtenaren of andere bevoegde autoriteiten van de Partij van bestemming, betekening of kennisgeving doen verrichten,
tenzij de Partij van bestemming op het tijdstip van ondertekening of bij de nederlegging van de akte van bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring of toetreding een andersluidende verklaring richt aan de Secretaris-Generaal van de Raad van Europa.
3.
Bij de betekening van gerechtelijke stukken in het buitenland aan personen die worden getroffen door voorlopige maatregelen of beslissingen tot confiscatie die zijn genomen in de verzendende Partij, stelt deze Partij die personen in kennis van de rechtsmiddelen die krachtens haar wetgeving openstaan.