NJB 2016/1083:Vrijspraak voormalige neuroloog van opzettelijk in hulpeloze toestand brengen, mishandeling en opzettelijk de gezondheid benadelen van patiënten, art. 255, 257, 300, 301 Sr. Hoge Raad herhaalt overwegingen omtrent voorwaardelijk opzet. In casu kon het hof de verklaring van de verdachte, inhoudende dat hij te goeder trouw heeft gehandeld en niet opzettelijk verkeerde diagnosen heeft gesteld, als niet ongeloofwaardig aanmerken en onder meer op grond van die verklaring oordelen dat de verdachte ten tijde van zijn handelen niet bewust de aanmerkelijke kans op letsel en/of benadeling van de gezondheid en op het in hulpeloze toestand brengen en/of laten heeft aanvaard, zodat het tenlastegelegde opzet niet bewezen kan worden verklaard. Dat de verdachte heeft gehandeld in zijn hoedanigheid van neuroloog, maakt dit niet anders