NJF 2020/176
Procesrecht. Beslagvrije voet met betrekking tot debiteur met een Nederlands en buitenlands adres. Inlichtingenplicht verhaalbaar vermogen.
Hof Amsterdam 14-04-2020, ECLI:NL:GHAMS:2020:1106
- Instantie
Hof Amsterdam
- Datum
14 april 2020
- Magistraten
Mrs. W.H.F.M. Cortenraad, E.W. de Groot, M.S.A. Vegter
- Zaaknummer
200.243.396/01
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
Verbintenissenrecht / Overgang en tenietgaan verbintenissen
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHAMS:2020:1106, Uitspraak, Hof Amsterdam, 14‑04‑2020
- Wetingang
Essentie
Procesrecht. Beslagvrije voet met betrekking tot debiteur met een Nederlands en buitenlands adres. Inlichtingenplicht verhaalbaar vermogen.
Samenvatting
Een debiteur is veroordeeld tot betaling aan crediteur die daarop executoriaal beslag legt op de AOW-uitkering van debiteur. Daarbij wordt geen beslagvrije voet toegepast. Debiteur blijkt twee geregistreerde woonadressen te hebben, een in Nederland en een in Turkije. De voorzieningenrechter veroordeelt crediteur om de beslagvrije voet alsnog toe te passen maar wijst de vordering om het daarvóór betaalde terug te betalen af. Ook wordt de reconventionele vordering tot opgave van alle inkomsten en vermogen van debiteur afgewezen. Het hof wijst met ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.