NJ 2010/477
Uitspraak tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel dient de inhoud te bevatten van de bewijsmiddelen waaraan de schatting van het voordeel is ontleend.
HR 12-01-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK2125
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
12 januari 2010
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, W.F. Groos
- Zaaknummer
08/01821 P
- Conclusie
A-G Jörg
- LJN
BK2125
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht (V)
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BK2125, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 12‑01‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BK2125, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑10‑2009
- Wetingang
Sr art. 36e
Essentie
Profijtontneming. De uitspraak op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel dient op straffe van nietigheid de inhoud te bevatten van de bewijsmiddelen waaraan de schatting van dat voordeel is ontleed. De bestreden uitspraak voldoet niet aan dit vereiste, nu het hof enkel heeft verwezen naar de ‘straatprijs en de groothandelprijs’ zonder die nader te specificeren, terwijl ook overigens onduidelijk is waarom het hof vervolgens tot de gehanteerde inkoopprijs is gekomen.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het gerechtshof te Amsterdam, zitting houdende te Arnhem, van 1 november 2007, nummer 21/005202-06, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.