Rb. 's-Hertogenbosch, 27-09-2012, nr. 829807
ECLI:NL:RBSHE:2012:BX8770
- Instantie
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Datum
27-09-2012
- Zaaknummer
829807
- LJN
BX8770
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBSHE:2012:BX8770, Uitspraak, Rechtbank 's-Hertogenbosch, 27‑09‑2012; (Eerste aanleg - enkelvoudig)
Uitspraak 27‑09‑2012
Inhoudsindicatie
Studieovereenkomst: overeenkomst van opdracht?
RECHTBANK 's-HERTOGENBOSCH
Sector Kanton, locatie Eindhoven
in de zaak van:
[eiser],
wonende te [woonplaats],
eiser,
hierna te noemen: [eiser],
gemachtigde: mr. A.A.M. van der Steen van DAS,
- t.
e g e n :
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Best Alert Security College B.V.,
gevestigd te Best,
gedaagde,
hierna te noemen: Best Alert,
gemachtigde: mr. L.G.M. Delahaije van Delahaije Advocaten.
- 1.
Het geschil
- 1.1.
[eiser] heeft met Best Alert een overeenkomst gesloten voor het volgen van een opleiding tot beveiliger plus coördinator. [eiser] heeft voorafgaand aan de start van de opleiding op 23 november 2011 een bedrag van € 3.294,95 betaald. Op 26 november 2011 is [eiser] gestart met de opleiding. Na het volgen van de eerste lesdag heeft [eiser] bij aangetekend schrijven van 30 november 2011 aangegeven de opleiding tot beveiliger plus coördinator per direct te willen annuleren.
De door Best Alert gehanteerde algemene voorwaarden bepalen onder meer het volgende:
"Artikel 18 - Einde overeenkomst
- 18.1.
De cursist heeft het recht om binnen zeven werkdagen na inschrijving schriftelijk te annuleren zonder kosten. Annulering kan uitsluitend per aangetekend schrijven met bericht van ontvangst. De schriftelijke annulering is eerst van kracht op het moment dat deze door de onderwijsinstelling binnen de bovengenoemde termijn is ontvangen.
- 18.2.
Bij annulering later dan 7 werkdagen na inschrijving zijn verschillende mogelijkheden:
(...)
d
Bij annulering minder dan twee weken voor startdatum van de opleiding is de student de volledige overeengekomen prijs verschuldigd.
(..)
18.5
Tussentijdse beëindiging van de overeenkomst is alleen mogelijk in onderling overleg. Dit mondelinge overleg vindt uitsluitend plaats op het hoofdkantoor van de onderwijsinstelling. Dit mondelinge overleg kan men uitsluitend schriftelijk aanvragen. Alleen de opleidingen die meer dan twaalf maanden duren kunnen tussentijds door beide partijen worden beëindigd door schriftelijke opzegging met inachtneming van een opzegtermijn van negen maanden."
- 1.2.
[eiser] vordert veroordeling van Best Alert tot betaling van € 3.294,95, dan wel een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen bedrag, vermeerderd met rente vanaf 18 februari 2012 tot de dag van algehele voldoening. Voorts vordert hij betaling van een bedrag van € 535,50 ter zake buitengerechtelijke incassokosten, met veroordeling van Best Alert in de proceskosten.
- 1.2.1.
[eiser] voert primair aan dat hij tijdig (binnen zeven dagen na inschrijving) de overeenkomst heeft opgezegd en dat hij ingevolge art. 18.1 van de algemene voorwaarden recht heeft op teruggave van het betaalde cursusgeld. [eiser] voert daartoe aan dat op 23 november 2011 de studieovereenkomst tot stand is gekomen en dat hij die overeenkomst per aangetekende brief van 30 november 2011 heeft opgezegd.
- 1.2.2.
[eiser] voert subsidiair aan dat de overeenkomst tussen partijen gekwalificeerd moet worden als een overeenkomst van opdracht ex artikel 7:400 Burgerlijk Wetboek (BW). Op grond van artikel 7:408 BW heeft [eiser] te allen tijde de mogelijkheid de overeenkomst op te zeggen. Deze bepaling is van dwingend recht. [eiser] heeft recht op teruggave van de betaalde studiekosten van € 3.294,95.
- 1.2.3.
Voorts vordert [eiser] een bedrag van € 535,50 aan buitengerechtelijke incassokosten, omdat hij zijn vordering uit handen heeft moeten geven aan zijn incassogemachtigde.
- 1.3.
Best Alert voert het volgende verweer.
Zij stelt dat de overeenkomst tot stand is gekomen op 19 november 2011. [eiser] heeft Best Alert op 12 november 2011 bezocht en heeft zich vervolgens op 19 november 2011 telefonisch ingeschreven. Diezelfde dag is de inschrijving per e-mail aan [eiser] bevestigd (Best Alert verwijst naar de inhoud van het overgelegde e-mailbericht). Tijdens het telefonische contact op 19 november 2011 is aan [eiser] een inschrijfkorting gegeven. Dat deze korting is overeengekomen, blijkt uit het bedrag dat [eiser] vervolgens op 23 november 2011 heeft overgemaakt. Wanneer [eiser] niet op 19 november 2011 het aanbod zou hebben aanvaard, zou hij geen inschrijfkorting hebben gekregen. Dit blijkt ook uit de offerte die op 12 november 2011 aan [eiser] is meegegeven. Daarop staat geen korting vermeld. [eiser] heeft het bedrag betaald dat in de bevestigingse-mail van 19 november 2011 staat. Ook het betalingskenmerk dat [eiser] bij zijn betaling heeft vermeld, is conform de instructie in de bevestigingse-mail van 19 november 2011.
Gelet op de datum van totstandkoming van de overeenkomst (19 november 2011), kan [eiser] geen beroep doen op teruggave van het studiegeld. Er zijn meer dan 7 dagen verstreken na de inschrijving. Hij heeft les genoten en is, aldus Best Alert, de gehele onderwijsbijdrage op grond van de toepasselijke algemene voorwaarden verschuldigd.
Voorts betwist Best Alert dat sprake is van een overeenkomst van opdracht. [eiser] maakt gebruik van het aanbod van Best Alert om onderwijs te volgen en dat is iets anders dan het geven van een opdracht. Op grond van de algemene voorwaarden kan ook geen sprake zijn van een overeenkomst van opdracht. Tussentijdse beëindiging is alleen mogelijk in onderling overleg. De kern van de overeenkomst is niet het verrichten van werkzaamheden. Best Alert heeft zich ertoe verplicht om [eiser] de mogelijkheid te bieden om zich in de instelling van Best Alert te scholen. Werkzaamheden moeten door [eiser] zelf worden verricht. Lessen worden collectief aangeboden en vinden niet plaats op door [eiser] gekozen momenten. Zouden de leerlingen naar believen tussentijds kunnen opzeggen, dan zou geen enkele onderwijsinstelling het meer kunnen bolwerken. Best Alert verzoekt de kantonrechter om hierover prejudiciële vragen te stellen aan de Hoge Raad.
Voor het geval de kantonrechter oordeelt dat sprake is van een overeenkomst van opdracht die opgezegd kan worden op de voet van artikel 7:408 BW, stelt Best Alert niet gehouden te zijn het gehele bedrag terug te betalen; [eiser] heeft onderwijs gevolgd, leermiddelen tot zijn beschikking gekregen en examenkansen ingekocht. De ingekochte examenkansen staan los op de factuur en behoren niet tot het collegegeld. Examens worden uitbesteed en deels zelfs elders afgenomen en vallen niet onder een overeenkomst van opdracht. Best Alert betwist ten slotte de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten.
- 2.
De beoordeling
- 2.1.
De kantonrechter zal allereerst de primaire grondslag van de vordering van [eiser] beoordelen.
Is sprake van tijdige schriftelijke annulering zonder kosten?
- 2.2.
Vast staat dat [eiser] bij aangetekend schrijven d.d. 30 november 2011 de overeenkomst heeft beëindigd. Ter discussie staat de datum van inschrijving. [eiser] stelt dat hij zich eerst op 23 november 2011 heeft ingeschreven, terwijl Best Alert stelt dat [eiser] zich op 19 november 2011 heeft ingeschreven.
- 2.3.
Best Alert heeft haar stelling dat [eiser] zich op 19 november 2011 heeft ingeschreven onderbouwd met een overgelegd e-mailbericht van diezelfde dag aan [eiser].
Dat e-mail bericht luidt als volgt:
"Geachte heer [eiser],
Hartelijk dank voor uw aanmelding voor de opleiding beveiliger + coördinator.
Startdatum 26 november
Aanvang les: 09.00 uur
Eind: 15.30 uur
(..)
De kosten voor de opleiding beveiliger en coördinator bedragen met alle examenkosten erbij Euro 3941,05
- U.
ontvangt een korting van Euro 100,00 per opleiding.
Hiervoor wordt u Euro 200,00 in mindering gebracht.
Ook wordt u eenmaal in mindering gebracht Euro 80,00 reiskosten
Het door u te betalen bedrag wordt dan 3941,05 minus Euro 280,00 = 3661,05 minus 10% korting voor betaling ineens = Euro 3294,95 totaal te betalen
- U.
kunt dit bedrag overmaken op rekening nummer 13.88.74.050 onder vermelding van uw naam en startdatum 26 november 2011(..)"
- 2.4.
[eiser] heeft niet betwist dat hij de betreffende e-mail heeft ontvangen. Hij heeft het bedrag van € 3.294,95 betaald met inachtneming van de kortingen, zoals in het e-mailbericht vermeld. Het bedrag is overgemaakt naar het rekeningnummer en onder vermelding van het betalingskenmerk zoals in het e-mailbericht vermeld.
- 2.5.
[eiser] heeft geen redelijke verklaring gegeven voor zijn stelling dat het e-mailbericht van 19 november 2011 geen juiste weergave is van de gemaakte afspraken. Dat geldt te meer nu [eiser] dienovereenkomstig heeft gehandeld. Gelet op het vorenstaande moet worden aangenomen dat op 19 november 2011 wilsovereenstemming bestond tussen partijen over de inschrijving van [eiser] voor de betreffende opleidingen. De stelling van [eiser] dat hij voorafgaande aan de betaling op 23 november 2011 nogmaals met Best Alert contact heeft gehad over de wijze van betaling en hoogte van het bedrag, leidt de kantonrechter niet tot een ander oordeel. Het vorenstaande leidt tot de slotsom dat de vordering, voor zover gebaseerd op de primaire grondslag (te weten opzegging binnen 7 dagen na inschrijving), moet worden afgewezen.
Is sprake van opzegging van een overeenkomst van opdracht?
- 2.6.
Vervolgens komt de subsisidaire grondslag van de vordering van [eiser] aan de orde. Allereerst dient beoordeeld te worden of deze overeenkomst is te beschouwen als een overeenkomst van opdracht.
[eiser] heeft zich bij Best Alert ingeschreven voor de opleiding beveiliger plus coördinator. Ten aanzien van de inrichting van de opleiding vermeldt de als productie 4 bij antwoord overgelegde offerte onder meer het volgende:
Opleidingsduur a. beveiliger, b. coördinator
- a.
16 lesdagen voor de zaterdagopleiding. Deze bestaat uit 4 zaterdagen theorie, 4 zaterdagen praktijk en 4 zaterdagen ICT-lessen.
- b.
12 lesdagen voor de zaterdagopleiding coördinator.
- 2.7.
Artikel 7:400 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW) bepaalt het volgende:
De overeenkomst van opdracht is de overeenkomst waarbij de ene partij, de opdrachtnemer, zich jegens de andere partij, de opdrachtgever, verbindt anders dan op grond van een arbeidsovereenkomst werkzaamheden te verrichten die in iets anders bestaan dan het tot stand brengen van een werk van stoffelijke aard, het bewaren van zaken, het uitgeven van werken of het vervoeren of doen vervoeren van personen of zaken.
- 2.8.
De tussen partijen gesloten overeenkomst voorziet er hoofdzakelijk in dat Best Alert zich jegens [eiser] verbindt tot het verrichten van werkzaamheden bestaande uit het geven van onderricht. Geen der partijen stelt zich op het standpunt dat sprake is van een arbeidsovereenkomst of een andere in art. 7:400 BW bepaaldelijk uitgezonderde overeenkomst.
Dat [eiser] geen dwingende aanwijzingen aan Best Alert kan geven en dat het onderricht slechts klassikaal of collectief op door Best Alert vastgestelde tijden wordt gegeven, staat niet in de weg aan het aannemen van een overeenkomst van opdracht.
In de literatuur wordt een dergelijke te verrichten prestatie van de opdrachtnemer ook wel omschreven als een pakketdienst en dogmatisch gerangschikt onder de overeenkomst van opdracht (zie ook Gerechtshof Arnhem, 16 augustus 2011, zaaknummer 200.076.482, niet nader gepubliceerd).
- 2.9.
Nu deze studieovereenkomst te kwalificeren is als een overeenkomst van opdracht, zijn de bepalingen van de artt. 7:400 BW en volgende van toepassing. Op grond van art 7:408 lid 1 BW kan [eiser] de overeenkomst te allen tijde opzeggen. [eiser] heeft de opdracht anders dan in de uitoefening van een beroep of bedrijf verstrekt, zodat van deze opzeggingsbevoegdheid niet kan worden afgeweken (zie art. 7:413 BW jo. 7:408 BW). In jurisprudentie en literatuur wordt aangenomen dat uit de bevoegdheid om te allen tijde op te zeggen voortvloeit dat geen opzeggingstermijn in acht hoeft te worden genomen. Voorts bepaalt art. 7:408 lid 3 BW dat de opdrachtgever ([eiser]) terzake de opzegging geen schadevergoeding verschuldigd is. De in de algemene voorwaarden opgenomen regeling is in strijd met deze dwingende wettelijke regeling en derhalve nietig.
Wél dient [eiser] aan Best Alert de onkosten te vergoeden die verbonden zijn aan de uitvoering van de opdracht (art. 7:406 lid 1 BW). Bovendien kan Best Alert aanspraak maken op een naar redelijkheid vast te stellen deel van het loon bij het voortijdig einde van de opdracht (7:411 BW).
De kantonrechter acht onvoldoende termen aanwezig om op dit punt een prejudiciële vraag te stellen aan de Hoge Raad, zodat hij het daartoe strekkende verzoek van Best Alert zal afwijzen.
- 2.10.
Best Alert heeft bij conclusie van antwoord aangegeven dat de kosten van de opleiding in wezen over alle leerlingen worden omgeslagen. Gelet op de aard van deze overeenkomst acht de kantonrechter het in beginsel redelijk om met dergelijke vaste kosten van de opleiding beveiliger plus coördinator, voor zover zij daadwerkelijk gemaakt zijn of noodzakelijkerwijs gedurende de opleiding gemaakt moeten worden ten behoeve van alle ingeschreven studenten, rekening te houden bij de bepaling van de onkosten van Best Alert in het kader van deze opdracht.
Een nadere beslissing kan pas worden gegeven nadat zijdens Best Alert een gedocumenteerd overzicht wordt verstrekt van de kosten van de betreffende opleiding(en) die [eiser] zou volgen, het aantal deelnemers daaraan en de aard van die kosten (vaste kosten komen mogelijk wél in aanmerking, variabele kosten mogelijk enkel voor zover ten behoeve van [eiser] gemaakt of noodzakelijkerwijs te maken). Tenslotte wenst de kantonrechter uitleg over de diverse andere kostenposten op de factuur en dient Best Alert daarbij de vraag te beantwoorden of die kosten al waren gemaakt of noodzakelijkerwijs dienden te worden gemaakt ten tijde van de opzegging (30 november/1 december 2011).
- 2.11.
De kantonrechter zal derhalve een comparitie van partijen gelasten, ten einde inlichtingen te krijgen over het bedoelde loon en de andere onkosten van Best Alert zoals hiervoor omschreven. Best Alert dient uiterlijk twee weken voor die comparitie de schriftelijke stukken als hiervoor vermeld in het geding te brengen. De comparitie zal tevens benut worden om te bezien of een minnelijke regeling kan worden getroffen.
- 2.12.
De kantonrechter zal, gelet op de beantwoorde rechtsvraag, bepalen dat tussentijds hoger beroep van dit tussenvonnis mogelijk is. De partij die hoger beroep instelt, wordt verzocht dit aan de griffie te laten weten onder de mededeling dat de te bepalen comparitie alsdan geen doorgang behoeft te vinden.
- 2.13.
Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.
3. De beslissing
De kantonrechter:
bepaalt een comparitie van partijen in het gerechtsgebouw te Eindhoven aan het Stadhuisplein 4 voor de kantonrechter die dit vonnis heeft gewezen en wel op 29 oktober 2012 om 13.30 uur;
bepaalt dat [eiser] in persoon en Best Alert bij een vertegenwoordiger die van deze zaak op de hoogte is en tot het aangaan van een schikking bevoegd is, zullen verschijnen, waarbij zij zich mogen laten bijstaan door hun gemachtigden;
wijst partijen erop dat een verzoek om uitstel schriftelijk en onder opgave van verhinderdata van beide partijen binnen twee weken na datum van dit vonnis dient te geschieden en dat een later verzoek - behoudens in geval van klemmende redenen - in beginsel niet zal worden ingewilligd;
bepaalt dat Best Alert een specificatie en schriftelijke inlichtingen als verzocht onder overweging 2.10 en 2.11 minimaal twee weken voorafgaand aan de zitting aan de kantonrechter en de wederpartij doet toekomen;
bepaalt dat tussentijds hoger beroep van dit tussenvonnis is toegelaten;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Aldus gewezen door mr. P.P.M. Rousseau, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 27 september 2012.