Einde inhoudsopgave
Vreemdelingencirculaire 2000 (B)
3.5 Gezinsleden van een verblijfsvergunninghouder medische behandeling
Geldend
Geldend vanaf 01-10-2015
- Bronpublicatie:
24-09-2015, Stcrt. 2015, 32191 (uitgifte: 01-10-2015, regelingnummer: WBV2015/14)
- Inwerkingtreding
01-10-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-09-2015, Stcrt. 2015, 32191 (uitgifte: 01-10-2015, regelingnummer: WBV2015/14)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht (V)
De IND kan op grond van artikel 3.13, tweede lid, Vb een verblijfsvergunning verlenen aan de volgende in Nederland verblijvende of meereizende gezinsleden, van een houder van een verblijfsvergunning regulier bepaalde tijd onder de beperking ‘medische behandeling’, als genoemd in artikel 3.14, sub a en c, Vb:
- •
de huwelijks- of (geregistreerde) partner die 21 jaar of ouder is;
- •
de biologische of juridische kinderen die onder rechtmatig gezag van de referent vallen.
Als de referent een minderjarig kind is, verleent de IND op grond van artikel 3.13, tweede lid, Vb uitsluitend een verblijfsvergunning aan de volgende in Nederland verblijvende of meereizende gezinsleden:
- •
de biologische of juridische ouders, als het kind onder rechtmatig gezag staat van deze ouders;
- •
de minderjarige broers en zussen die feitelijk behoren tot het gezin, als de IND aan hun biologische of juridische ouders een verblijfsvergunning heeft verleend als gezinsleden van een houder van een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd onder de beperking ‘voor medische behandeling’. De minderjarige broers en zussen staan onder rechtmatig gezag van de biologische of juridische ouders.
Middelen van bestaan
Op grond van artikel 3.46, vierde lid, Vb wijst de IND de aanvraag voor een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd niet af omdat de referent niet duurzaam en zelfstandig beschikt over voldoende middelen van bestaan, als de referent in het bezit is van een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd onder de beperking ‘medische behandeling’ die verleend is nadat gedurende ten minste een jaar, direct voorafgaand aan de aanvraag van de verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd onder de beperking ‘medische behandeling’, tegen de uitzetting beletselen hebben bestaan als bedoeld in artikel 64 Vw.