NJ 2019/94
Beschikking rechtbank in beklagzaak niet ondertekend.
HR 11-12-2018, ECLI:NL:HR:2018:2291, m.nt. W.H. Vellinga
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
11 december 2018
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, A.J.A. van Dorst, M.J. Borgers
- Zaaknummer
17/01452 B
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Noot
W.H. Vellinga
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS22131:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:2291, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 11‑12‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:1178, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑10‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑07‑2017
- Wetingang
Essentie
Beschikking rechtbank in beklagzaak niet ondertekend.
Art. 24 lid 2 Sv is niet zo essentieel dat de enkele niet-naleving daarvan leidt tot nietigheid van de beschikking.
Samenvatting
Bij de aan de HR gezonden stukken bevindt zich een fotokopie van de beschikking in de beklagzaak (die niet door de voorzitter van de meervoudige kamer van de rechtbank noch door de griffier is ondertekend). Op deze fotokopie is een door de griffier gewaarmerkte stempelafdruk ‘voor fotokopie conform’ geplaatst. Op grond daarvan moet worden aangenomen dat de griffier aldus heeft vastgesteld dat deze fotokopie dezelfde inhoud heeft als de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.