Einde inhoudsopgave
Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Staat Israël tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen
Artikel 25 Vermogen
Geldend
Geldend vanaf 09-09-1974
- Bronpublicatie:
02-07-1973, Trb. 1974, 39 (uitgifte: 18-03-1974, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
09-09-1974
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-10-1974, Trb. 1974, 193 (uitgifte: 01-01-1974, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Voorkoming van dubbele belasting
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
1.
Vermogen, voor zover bestaande uit onroerende goederen, zoals omschreven in artikel 7, tweede lid, mag worden belast in de Staat waar deze goederen zijn gelegen.
2.
Vermogen, voor zover bestaande uit roerende zaken die deel uitmaken van het bedrijfsvermogen van een vaste inrichting van een onderneming, of uit roerende zaken die behoren tot een vast middelpunt gebezigd voor de uitoefening van een vrij beroep, mag worden belast in de Staat waar de vaste inrichting of het vaste middelpunt is gelegen.
3.
Niettegenstaande de bepalingen van het tweede lid zijn schepen en luchtvaartuigen geëxploiteerd in internationaal verkeer en roerende zaken die worden gebruikt bij de exploitatie van deze schepen en luchtvaartuigen, slechts belastbaar in de Staat waar de plaats van de werkelijke leiding van de onderneming is gelegen. De bepalingen van artikel 9, tweede lid, vinden hierbij toepassing.
4.
Alle andere bestanddelen van het vermogen van een inwoner van een van de Staten zijn slechts in die Staat belastbaar.