NJ 1951/420
Verzet tegen verstekvonnis.
HR 26-01-1951, ECLI:NL:HR:1951:5, m.nt. Mr. D.J. Veegens
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 januari 1951
- Magistraten
Mrs Donner, v. d. Meulen, Hijink, Losecaat Vermeer, Smits
- Zaaknummer
[26011951/NJ_1951-420]
- Conclusie
Conclusie Proc.-Gen. Mr Berger.
- Noot
Mr. D.J. Veegens
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS166340:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1951:5, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑01‑1951
- Wetingang
(Rv art. 81.)
Essentie
Verzet tegen verstekvonnis.
Samenvatting
De termijn van verzet begint te lopen — voorzover te dezen van belang — na het plegen door den veroordeelde van enige daad, waaruit noodzakelijk voortvloeit, dat het vonnis hem bekend is (art. 81 Rv.).
Het Hof heeft daarom ten onrechte alleen van belang geacht ol de veroordeelde met het vonnis bekend was en ten onrechte den termijn laten aanvangen op den dag, waarop de wederpartij — bij repliek — her verstek-vonnis in het geding heeft gebracht.
Nu echter mede is vastgesteld, dat de veroordeelde bij dupliek uitdrukkelijk heeft erkend, dat het overgelegde ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.