RF 2016/27
Zorgplicht. Is er sprake van overkreditering bij de verstrekking van hypothecair krediet door de Rabobank via een tussenpersoon? (Stichting/Rabobank)
Hof Arnhem-Leeuwarden 29-12-2015, ECLI:NL:GHARL:2015:9921
- Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
- Datum
29 december 2015
- Magistraten
Mrs. Ch.E. Bethlem, S.M. Evers, J.G.J. Rinkes
- Zaaknummer
200.142.654
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS922887:1
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Algemeen
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
Goederenrecht / Verkrijging en verlies
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHARL:2015:9921, Uitspraak, Hof Arnhem-Leeuwarden, 29‑12‑2015
- Wetingang
Art. 3:84 lid 2, 6:248 BW; art. 4:34 Wft
Essentie
Zorgplicht. Overkreditering. Cessie.
Heeft Rabobank gehandeld in strijd met de op haar rustende onderzoeksplicht naar de inkomens- en vermogenspositie van haar klanten? Had Rabobank moeten onderzoeken of de klanten de financiële lasten van het hypothecair krediet konden dragen in het licht van de aldus bepaalde inkomens- en vermogenspositie? Heeft Rabobank in strijd met de zorgplicht gehandeld bij het verstrekken van hypothecair krediet via een tussenpersoon?
Samenvatting
Een financiële dienstverlener, handelend als tussenpersoon op het gebied van onder meer financieringsovereenkomsten, heeft aan particulieren in de periode 1999-2003 financieringsconstructies geadviseerd. Deze financieringsconstructie was samengevat gebaseerd op de overwaarde op de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.