Einde inhoudsopgave
Tijdelijke wet Groningen
Artikel 1 [Begripsbepaling]
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2024
- Bronpublicatie:
17-04-2024, Stb. 2024, 95 (uitgifte: 18-04-2024, kamerstukken: 36441)
- Inwerkingtreding
01-05-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-04-2024, Stb. 2024, 114 (uitgifte: 30-04-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Justitie en Veiligheid
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Mijnbouw
Staatsrecht / Bestuur
Bestuursrecht algemeen / Overheid en privaatrecht
Privacy / Verwerking persoonsgegevens
Bestuursprocesrecht / Algemeen
Staatsrecht / Rechtspraak
Bestuursprocesrecht / Beroep
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
- –
exploitant: exploitant van een mijnbouwwerk ten behoeve van het winnen van gas uit het Groningenveld of van de gasopslag te Norg of de gasopslag bij Grijpskerk;
- –
gebouw: bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke overdekte geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
- –
Instituut: het Instituut Mijnbouwschade Groningen;
- –
Onze Minister: Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat;
- –
schade: schade die is ontstaan door beweging van de bodem als gevolg van de aanleg of exploitatie van een mijnbouwwerk ten behoeve van het winnen van gas uit het Groningenveld of als gevolg van de gasopslag Norg of de gasopslag bij Grijpskerk;
- –
veiligheidsnorm: veiligheidsnorm van 10-5, zijnde het individueel aardbevingsrisico van maximaal 1 op de 100.000 per jaar dat een individu mag lopen in of nabij de verschillende bouwwerken waar dat individu verblijft;
- –
versterkingsbesluit: besluit als bedoeld in artikel 13j, eerste lid.