Gst. 2010, 110
110. Vzr. Rb. Utrecht 25-05-10. Last onder dwangsom. Invorderingsbeschikking. Overgangsrecht vierde tranche Awb. Formele rechtskracht. Bijzondere omstandigheden om geheel of gedeeltelijk van invordering verbeurde dwangsommen af te zien. Finale geschilbeslechting. (Utrechtse Heuvelrug) m.nt. R.D. Boesveld
Rb. Utrecht 25-05-2010, ECLI:NL:RBUTR:2010:BM5649, m.nt. R.D. Boesveld
- Instantie
Rechtbank Utrecht
- Datum
25 mei 2010
- Magistraten
V.M.M. van Amstel
- Zaaknummer
SBR 10/1255
SBR 10/1256
- Noot
R.D. Boesveld
- LJN
BM5649
- JCDI
JCDI:ADS883466:1
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen (V)
Bestuursrecht algemeen / Bestuursbevoegdheden
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBUTR:2010:BM5649, Uitspraak, Rechtbank Utrecht, 25‑05‑2010
- Wetingang
Awb art. 3:4 lid 2; Awb art. 5:37 lid 1; Awb art. 8:72 lid 4 aanhef en onder c; Vierde Tranche Algemene Wet Bestuursrecht art. III; Vierde Tranche Algemene Wet Bestuursrecht art. IV lid 1
Essentie
Last onder dwangsom. Invorderingsbeschikking. Overgangsrecht vierde tranche Awb. Formele rechtskracht. Bijzondere omstandigheden om geheel of gedeeltelijk van invordering verbeurde dwangsommen af te zien. Finale geschilbeslechting. (Utrechtse Heuvelrug)
Samenvatting
Het college van burgemeester en wethouders heeft eiser wegens het zonder geldige vergunning exploiteren van een terras een last onder dwangsom opgelegd om dit terras te verwijderen en verwijderd te houden. De hoogte van de dwangsom is vastgesteld op € 1500 per dag dat de strijdigheid voortduurt, met een maximum van € 30 000. Het door eiser tegen dit besluit gemaakte bezwaar is wegens termijnoverschrijding niet ontvankelijk verklaard. Eiser heeft hiertegen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.