Einde inhoudsopgave
Tijdelijke wet inframarginale elektriciteitsheffing
Artikel 7 belastbare marktinkomsten uit in een kalendermaand opgewekte en ingevoede elektriciteit
Geldend
Geldend vanaf 25-07-2024. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-12-2022
- Bronpublicatie:
17-07-2024, Stb. 2024, 224 (uitgifte: 24-07-2024, kamerstukken: 36453)
- Inwerkingtreding
25-07-2024, terugwerkend tot: 01-12-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-07-2024, Stb. 2024, 224 (uitgifte: 24-07-2024, kamerstukken: 36453)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Financiën
- Vakgebied(en)
Milieubelastingen / Energiebelasting
Energierecht / Energieopwekking
1.
De belastbare marktinkomsten uit door de producent in een kalendermaand opgewekte en ingevoede elektriciteit als bedoeld in artikel 3, eerste lid, zijn gelijk aan de som van de belastbare marktinkomsten uit door de producent in een kalendermaand uit elk van de energiebronnen waarvoor ingevolge artikel 9 een afzonderlijk vrijgesteld bedrag geldt, opgewekte en ingevoede elektriciteit als bedoeld in artikel 3, eerste lid.
2.
Indien de belastbare marktinkomsten uit door de producent in een kalendermaand uit een energiebron waarvoor ingevolge artikel 9 een afzonderlijk vrijgesteld bedrag geldt, opgewekte en ingevoede elektriciteit als bedoeld in artikel 3, eerste lid, kleiner zijn dan nul, worden deze voor die kalendermaand op nihil gesteld.
3.
De belastbare marktinkomsten uit door de producent in een kalendermaand uit een energiebron waarvoor ingevolge artikel 9 een afzonderlijk vrijgesteld bedrag geldt, opgewekte en ingevoede elektriciteit als bedoeld in artikel 3, eerste lid, worden berekend volgens de formule:
BM = sHE(uur) x (GME(uur) – VB)
waarin
BM staat voor: belastbare marktinkomsten uit door de producent in een kalendermaand uit een energiebron waarvoor ingevolge artikel 9 een afzonderlijk vrijgesteld bedrag geldt, opgewekte en ingevoede elektriciteit als bedoeld in artikel 3, eerste lid, uitgedrukt in euro’s
sHE(uur) staat voor: de som van de hoeveelheden door de producent in de kalendermaand per uur uit de energiebron, bedoeld in artikel 9, opgewekte en ingevoede elektriciteit als bedoeld in artikel 3, eerste lid, minus de hoeveelheid van deze elektriciteit die is ingezet voor redispatch of compensatiehandel, uitgedrukt in megawatturen
GME(uur) staat voor: gemiddelde marktinkomsten per megawattuur uit door de producent in de kalendermaand per uur uit de energiebron opgewekte en ingevoede elektriciteit als bedoeld in artikel 3, eerste lid, bedoeld in artikel 8, uitgedrukt in euro’s per megawattuur
VB staat voor: vrijgesteld bedrag van de marktinkomsten voor de energiebron, bedoeld in artikel 9, uitgedrukt in euro’s per megawattuur.
4.
Indien de door de producent in een kalendermaand uit een energiebron waarvoor ingevolge artikel 9 een afzonderlijk vrijgesteld bedrag geldt, opgewekte en ingevoede elektriciteit, bedoeld in artikel 3, eerste lid, is opgewekt met behulp van een hybride productie-installatie die gebruikmaakt van energiebronnen waarvoor het vrijgestelde bedrag, bedoeld in artikel 9, verschilt, wordt bij de berekening, bedoeld in het derde lid, de hoeveelheid per uur met deze productie-installatie opgewekte en ingevoede elektriciteit als bedoeld in artikel 3, eerste lid, berekend op basis van de verhouding van de aandelen van de in de kalendermaand uit deze energiebronnen opgewekte elektriciteit.
5.
Indien de elektriciteit, bedoeld in artikel 3, eerste lid, is opgewekt met behulp van een hybride productie-installatie als bedoeld in het vierde lid, wordt het aandeel van de in de kalendermaand opgewekte elektriciteit:
- a.
voor biomassabrandstoffen of een andere inframarginale energiebron, die tevens is een hernieuwbare energiebron als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel t, van de Elektriciteitswet 1998, gesteld op de hoeveelheid elektriciteit waarvoor garanties van oorsprong voor duurzame elektriciteit voor de betreffende kalendermaand zijn uitgegeven;
- b.
voor steenkool of een inframarginale energiebron, die niet is een hernieuwbare energiebron als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel t, van de Elektriciteitswet 1998, gesteld op de hoeveelheid elektriciteit waarvoor certificaten van oorsprong voor de betreffende kalendermaand zijn uitgegeven.
6.
Indien voor de met behulp van een hybride productie-installatie als bedoeld in het vijfde lid, in een kalendermaand opgewekte elektriciteit geen garanties van oorsprong voor duurzame elektriciteit of certificaten van oorsprong zijn uitgegeven, wordt het aandeel van de in de kalendermaand opgewekte elektriciteit:
- a.
voor biomassabrandstoffen of een andere inframarginale energiebron, die tevens is een hernieuwbare energiebron als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel t, van de Elektriciteitswet 1998, gesteld op de op basis van de krachtens artikel 77 van de Elektriciteitswet 1998 gestelde regels met betrekking tot het meten vastgestelde hoeveelheid;
- b.
voor steenkool of een inframarginale energiebron, die niet tevens is een hernieuwbare energiebron als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel t, van de Elektriciteitswet 1998, gesteld op de hoeveelheid in de betreffende kalendermaand met de hybride productie-installatie opgewekte elektriciteit minus de hoeveelheid, bedoeld in onderdeel a.
7.
Bij ministeriële regeling:
- a.
worden nadere regels gesteld over de wijze waarop de hoeveelheid opgewekte en ingevoede elektriciteit, bedoeld in het derde en vierde lid, wordt bepaald; en
- b.
kunnen nadere regels worden gesteld ten behoeve van de toepassing van het vierde, vijfde en zesde lid.