Inhoudsopgave
WFR 2022/147:De forfaitaire rendementsheffing: stoot het Ministerie van Financiën zich voor de tweede maal aan dezelfde steen?
WFR 2022/147
De forfaitaire rendementsheffing: stoot het Ministerie van Financiën zich voor de tweede maal aan dezelfde steen?
Documentgegevens:
Prof. mr. dr. P.G.H. Albert en drs. H.J. Meijer, datum 22-08-2022
- Datum
22-08-2022
- Auteur
Prof. mr. dr. P.G.H. Albert en drs. H.J. Meijer1
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS659063:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Vermogensrendementsheffing (box 3)
Fiscaal bestuursrecht / Algemene rechtsbeginselen en abbb
- Wetingang
art. 1 EP EVRM
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
In een ‘overbruggingswet box 3’ wil het kabinet de forfaitaire spaarvariant van het Besluit rechtsherstel box 3 codificeren voor de jaren 2023 en 2024. Volgens de auteurs bestaat er een niet te verwaarlozen kans dat de Hoge Raad de forfaitaire spaarvariant als strijdig met het EVRM zal aanmerken en, net als in het Kerstarrest, rechtsherstel zal bieden. Het verschil tussen het forfaitaire rendement van plm. 5,5% voor ‘overige bezittingen’ (o.a. aandelen, onroerende zaken en vorderingen) en het individuele werkelijke rendement zal in veel gevallen onaanvaardbaar groot zijn. Dit terwijl er een even doeltreffende als eenvoudige oplossing voorhanden is: ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.