HR, 17-04-2015, nr. 14/03672
ECLI:NL:HR:2015:1065
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17-04-2015
- Zaaknummer
14/03672
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:HR:2015:1065, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑04‑2015; (Artikel 81 RO-zaken, Cassatie)
- Vindplaatsen
NTFR 2016/179
NTFR 2015/1314
Uitspraak 17‑04‑2015
Inhoudsindicatie
HR: 81.1 RO.
Partij(en)
17 april 2015
Nr. 14/03672
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 11 juni 2014, nrs. 13/00838 en 13/00839, op het hoger beroep van de Inspecteur tegen een uitspraak van de Rechtbank Noord-Nederland (nrs. AWB LEE 12/2989 en 11/2990) betreffende de aan belanghebbende over de jaren 2009 en 2010 opgelegde navorderingsaanslagen in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen.
1. Geding in cassatie
Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.
De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.
Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.
2. Beoordeling van de klachten
De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
3. Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.
4. Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie ongegrond.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer C. Schaap als voorzitter, en de raadsheren M.A. Fierstra en Th. Groeneveld, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 17 april 2015.