Einde inhoudsopgave
Regeling beoordeling reinigbaarheid grond
Artikel 35
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
27-05-2021, Stcrt. 2021, 28102 (uitgifte: 01-06-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-04-2023, Stcrt. 2023, 11246 (uitgifte: 19-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Afval
Milieurecht / Bodem
Milieurecht / Inrichtingen en activiteiten - branchespecifiek
1.
Na zes maanden na de datum van afgifte van de verklaring die met toepassing van § 4 van hoofdstuk 2 is verleend, dienen met betrekking tot de verstreken periode van zes maanden de volgende gegevens te worden overgelegd aan Rijkswaterstaat, onderdeel Bodem+:
- a.
een overzicht met de herkomst en status van de ingekomen partijen, waarvan het residu onder de verklaring die met toepassing van § 4 van hoofdstuk 2 is verleend, is gestort;
- b.
de hoeveelheid ingenomen verontreinigde grond in tonnen droge stof;
- c.
de hoeveelheid afgevoerd residu in tonnen gespecificeerd naar verwerker.
2.
Jaarlijks dient een materialenbalans over de scheidingsinstallatie van het voorgaande boekjaar te worden overgelegd aan Rijkswaterstaat, onderdeel Bodem+.