NJ 2009, 324
TBS met dwangverpleging zonder daartoe strekkend advies.
HR 20-01-2009, ECLI:NL:HR:2009:BF3162, m.nt. P.A.M. Mevis
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
20 januari 2009
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, J.P. Balkema, W.A.M. van Schendel, J.W. Ilsink, W.M.E. Thomassen
- Zaaknummer
07/12947
- Conclusie
A-G Jörg
- Noot
P.A.M. Mevis
- LJN
BF3162
- JCDI
JCDI:ADS111552:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Materieel strafrecht / Sancties
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2009:BF3162, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 20‑01‑2009
- Wetingang
Sr art. 37a en 37b; EVRM art. 5 lid 1
Essentie
De beslissing tot oplegging van tbs met dwangverpleging berust bij de rechter die mede op grond van de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het is begaan, daartoe kan besluiten indien aan de voorwaarden van art. 37a en 37b Sr is voldaan. Geen rechtsregel vereist dat de maatregel eerst kan worden opgelegd indien en voor zover deskundigen die maatregel adviseren. Het middel miskent dat de vrijheidsbeneming die het gevolg is van de opgelegde maatregel niet slechts valt onder art. 5 lid 1 sub e EVRM, maar ook onder art. 5 lid ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.