Einde inhoudsopgave
Kadasterregeling 1994
Artikel 59
Geldend
Geldend vanaf 19-04-2020. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-04-2020
- Bronpublicatie:
06-04-2020, Stcrt. 2020, 21688 (uitgifte: 17-04-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
19-04-2020, terugwerkend tot: 01-04-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-04-2020, Stcrt. 2020, 21688 (uitgifte: 17-04-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Algemeen
Goederenrecht / Algemeen
Vermogensrecht / Algemeen
1.
Na de inschrijving in de openbare registers van:
- a.
een stuk betreffende de eerste registratie van een netwerk;
- b.
een stuk betreffende de gehele of gedeeltelijke overdracht van een netwerk;
- c.
een stuk betreffende de wijziging van de ligging van een netwerk, of
- d.
een proces-verbaal van inbeslagneming van een netwerk waarin het netwerk is aangeduid door middel van een eigen kadastrale aanduiding, wordt in de basisregistratie kadaster een verwijzing opgenomen tussen de kadastrale aanduiding van het netwerk en de kadastrale aanduiding van de percelen waarbinnen dat netwerk is of wordt aangelegd.
2.
De verwijzing, bedoeld in het eerste lid, vindt plaats door in de basisregistratie kadaster bij de kadastrale aanduiding van het netwerk een opgaaf op te nemen van de coördinaatpunten, bedoeld in artikel 52, eerste lid, van de wet, van zowel het netwerk als het gebied waarin de percelen liggen waarbinnen dat netwerk is of wordt aangelegd, alsmede de lijnverbanden tussen die coördinaatpunten.