NJB 2021/3028
Feitelijke grondslag in cassatie. Een werknemer met psychische problemen dient een ontslagbrief in. Enige maanden later overlijdt hij. Zijn weduwe verwijt de werkgever dat deze bij de ontvangst van de ontslagbrief niet heeft onderzocht of de wil van de werknemer werkelijk op ontslag was gericht. Hoge Raad: De klachten berusten op een verkeerde lezing van het bestreden arrest.
HR 12-11-2021, ECLI:NL:HR:2021:1669
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 november 2021
- Magistraten
Mrs. T.H. Tanja-van den Broek, C.E. du Perron, M.J. Kroeze
- Zaaknummer
20/02221
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1669, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑11‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:689, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑07‑2021
- Wetingang
(art. 419 lid 2 Rv)
Essentie
Feitelijke grondslag in cassatie. Een werknemer met psychische problemen dient een ontslagbrief in. Enige maanden later overlijdt hij. Zijn weduwe verwijt de werkgever dat deze bij de ontvangst van de ontslagbrief niet heeft onderzocht of de wil van de werknemer werkelijk op ontslag was gericht. Hoge Raad: De klachten berusten op een verkeerde lezing van het bestreden arrest.
Partij(en)
De echtgenote, adv. mrs. S.F. Sagel en I.L.N. Timp, vs. W, adv. mr. N.T. Dempsey.
Uitspraak
Feiten en procesverloop
In 2005 is een werknemer in dienst getreden bij W. Vanaf december 2011 was hij arbeidsongeschikt wegens psychische problemen. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.