Regeling maritieme radiocommunicatie examens BES
Bijlage 3
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van het Reglement maritieme radiocommunicatie-examens, zoals gewijzigd bij de Aanpassingsregeling BES EZ (09-09-2010, Stcrt. 14371). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
09-09-2010, Stcrt. 2010, 14864 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 07-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
Vervoersrecht / Binnenvaart
Vervoersrecht / Zeevervoer
Onderwijsrecht / Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie
behorende bij de Regeling maritieme radiocommunicatie examens BES
Algemene toelichting
De in het examenprogramma gebruikte gradaties hebben de volgende betekenis:
Kennis: het weten en begrijpen van de hoofdzaken;
Grondige kennis: het weten en begrijpen van de stof tot in bijzonderheden;
Vaardigheden: blijk geven de vereiste handeling te kunnen uitvoeren.
Examenprogramma voor het behalen van het certificaat VHF marifonie:
Voorschriften
De kandidaat dient kennis te hebben van:
- 1.
Het doel van het Internationaal Verdrag betreffende de Verreberichtgeving en het daarbij behorende Radioreglement en de Wet telecommunicatievoorzieningen BES.
De bevoegdheden verbonden aan het bezit van het certificaat VHF marifonie.
De voorschriften met betrekking tot:
- a.
De zendmachtiging en de daarbij behorende voorschriften en beperkingen;
- b.
De geheimhouding van verreberichtgeving;
- c.
Inspectie aan boord van schepen;
- d.
Het in gebruik nemen van radioapparatuur aan boord van schepen;
- e.
De gespreksdiscipline;
- f.
Controle op het ether en frequentiegebruik;
- g.
Overtredingen van de (radio)voorschriften en de daarbij behorende maatregelen;
- h.
Het testen van de radioapparatuur aan boord van schepen;
- i.
De bevoegdheden en verplichtingen van de gezagvoerder/schipper en de radiooperator met betrekking tot de uitvoering van de radiodienst aan boord;
- j.
De roepnaam en overige relevante identificatiemogelijkheden;
- k.
De type toelating van maritieme radioapparatuur;
- l.
De bij de radioinstallatie behorende bescheiden.
- 4.
Het gebruik van hoog of laag zendvermogen.
- 5.
De voorschriften met betrekking tot draagbare VHF Radiotelefonie installaties (portofoons).
- 6.
Het internationaal spellingsalfabet.
- 7.
Doel en gebruik van het leerboek Certificaat VHF Marifonie.
Maritieme communicatie procedures
Nood, Spoed en Veiligheidsverkeer
De kandidaat dient grondige kennis en/of vaardigheden te bezitten met betrekking tot:
- 1.
De afwikkeling van nood, spoed en veiligheidsverkeer voor de zeevaart, de kustwateren en de binnenvaart op de daarvoor bestemde VHFkanalen.
- 2.
Geografische plaatsbepaling.
Openbaar verkeer
De kandidaat dient kennis en/of vaardigheden te bezitten met betrekking tot:
- 1.
De afwikkeling van het openbaar verkeer.
- 2.
De wijze van aanroepen van kuststations.
- 3.
Het gebruik van de VHFkanalen voor het openbaar verkeer.
- 4.
Herhaling van de aanroep van schepen en kuststations bij geen antwoord.
- 5.
De leiding van het radioverkeer.
- 6.
Het afhandelen van radiotelefoongesprekken via en het overbrengen van radiotelegrammen aan kuststations.
- 7.
De gegevens die moeten worden verstrekt bij de aanvraag van een radiotelefoongesprek via een kuststation.
- 8.
De gespreksduur en de daarmee verband houdende kosten.
- 9.
De gebruikte munteenheid in het verkeer met een kuststation.
- 10.
Een persoonlijk gesprek (PGS), een Collect Call en een Dringend gesprek via een kuststation.
- 11.
Verkeerslijsten en direct aanroepen door een kuststation.
- 12.
Het gebruik en het doel van de Accounting Authority Identification Code (AAIC).
- 13.
Taalgebruik in het radioverkeer met kuststations.
- 14.
Het afhandelen van radiomedische adviezen.
Nautisch radioverkeer
De kandidaat dient kennis en/of vaardigheden te hebben met betrekking tot:
- 1.
Het gebruik van de intershipkanalen voor de zee, binnen- en kustvaart.
- 2.
Het gebruik van de VHF radiotelefonieinstallatie op de daarvoor bestemde kanalen in haven-gebieden (Port operations).
Bijzonder radioverkeer
De kandidaat dient kennis en/of vaardigheden te bezitten met betrekking tot:
- 1.
Het gebruik van de VHFkanalen ten behoeve van:
- a.
Sociaal verkeer.
- b.
Opsporing en redding (Search and Rescue: SAR).
- c.
Digital Selective Calling (DSC).
- d.
Bergings en sleepactiviteiten.
- e.
Bestrijding van milieuverontreinigingen (Anti pollution).
- f.
Radioverkeer met jachthavens.
- g.
Radioverkeer binnenvaart met laad en losplaatsen.
- h.
Aan boord radiocommunicatie (Intraship verkeer).