Einde inhoudsopgave
Omgevingsbesluit
Artikel 4.32 (advies en instemming door Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap)
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
16-09-2020, Stb. 2020, 400 (uitgifte: 28-10-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
03-07-2018, Stb. 2018, 290 (uitgifte: 31-08-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-04-2023, Stb. 2023, 113 (uitgifte: 07-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
05-04-2023, Stb. 2023, 113 (uitgifte: 07-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Vakgebied(en)
Omgevingsrecht / Algemeen
Omgevingsrecht / Omgevingswet
1.
Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is adviseur voor een aanvraag om een omgevingsvergunning voor zover de aanvraag betrekking heeft op:
- a.
een rijksmonumentenactiviteit met betrekking tot een archeologisch monument; of
- b.
een rijksmonumentenactiviteit met betrekking tot een monument, in de volgende gevallen:
- 1°
het slopen van het monument, als het gaat om het geheel afbreken van het monument of het gedeeltelijk afbreken daarvan als die gedeeltelijke afbraak van ingrijpende aard is voor de monumentale waarden van het monument;
- 2°
het ingrijpend wijzigen van het monument of een belangrijk deel daarvan, als de gevolgen voor de monumentale waarden van het monument vergelijkbaar zijn met de gevolgen van het slopen van het monument, bedoeld onder 1°;
- 3°
het reconstrueren van het monument of een belangrijk deel daarvan, waarbij de staat van het monument wordt teruggebracht naar een eerdere staat of een veronderstelde eerdere staat van het monument;
- 4°
het wijzigen van het monument of een belangrijk deel daarvan voor een gebruiksverandering van het monument, als dat ingrijpende gevolgen heeft voor de monumentale waarden; of
- 5°
het verplaatsen van het monument of een belangrijk deel daarvan.
2.
De voorgenomen beslissing op de aanvraag, bedoeld in het eerste lid, aanhef en onder a, behoeft ook instemming van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.