JWB 2015/129
Contractenrecht, Rechtspersonenrecht
HR 03-04-2015, ECLI:NL:HR:2015:843
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
3 april 2015
- Zaaknummer
14/01735
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Ondernemingsrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:843, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 03‑04‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:59, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑02‑2015
- Wetingang
Art. 81 lid 1 RO, Art. 2:15 lid 3 BW
Essentie
Contractenrecht, Rechtspersonenrecht
Samenvatting
Casus
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties wordt verwezen naar het vonnis in de zaak 113351/HA ZA 11-505 van de rechtbank Leeuwarden van 25 januari 2012 en de arresten in de zaak 200.105.603/01 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 12 juni 2012 en 3 december 2013. Tegen het arrest van het hof van 3 december 2013 hebben eisers tot cassatie beroep in cassatie ingesteld.
Beslissing
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.