M en R 2011/189
Het is in verband met art. 1.9 van de Chw van belang om vast te stellen of de door appellant en anderen ingeroepen normen uit de Nbw 1998 kennelijk niet strekken ter bescherming van hun belangen. Appellant en anderen wonen in de directe nabijheid van het Natura 2000-gebied. De bepalingen van de Nbw 1998 hebben met name ten doel om het algemene belang van bescherming van natuur en landschap te beschermen. Maar de belangen van appellant en anderen bij het behoud van een goede kwaliteit van hun leefomgeving, waarvan het Natura 2000-gebied deel uitmaakt, zijn in dit geval zo verweven met de algemene belangen die de Nbw 1998 beoogt te beschermen, dat niet kan worden geoordeeld dat de betrokken normen van de Nbw 1998 kennelijk niet strekken tot bescherming van hun belangen.
ABRvS 13-07-2011, ECLI:NL:RVS:2011:BR1412, m.nt. De Graaf
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
13 juli 2011
- Magistraten
Mrs. J.H. van Kreveld, M.W.L. Simons-Vinckx, W.D.M. van Diepenbeek
- Zaaknummer
201008514/1/M3.
- Noot
De Graaf
- LJN
BR1412
- JCDI
JCDI:ADS206363:1
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Milieubeheer en -beleid
Milieurecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2011:BR1412, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 13‑07‑2011
- Wetingang
Essentie
Het is in verband met art. 1.9 van de Chw van belang om vast te stellen of de door appellant en anderen ingeroepen normen uit de Nbw 1998 kennelijk niet strekken ter bescherming van hun belangen. Appellant en anderen wonen in de directe nabijheid van het Natura 2000-gebied. De bepalingen van de Nbw 1998 hebben met name ten doel om het algemene belang van bescherming van natuur en landschap te beschermen. Maar de belangen van appellant en anderen bij het behoud van een goede kwaliteit van hun leefomgeving, waarvan het Natura 2000-gebied deel uitmaakt, zijn ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.