Einde inhoudsopgave
Verdrag betreffende de arbeidsveiligheid en gezondheid in havenarbeid
Artikel 18
Geldend
Geldend vanaf 05-12-1981
- Bronpublicatie:
27-06-1979, Trb. 1980, 107 (uitgifte: 02-07-1980, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
05-12-1981
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-08-1998, Trb. 1998, 197 (uitgifte: 01-01-1998, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
International Labour Organization
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Luiken of luikbalken mogen slechts worden gebruikt, indien deze van stevige constructie zijn, voldoende sterk zijn voor het gebruik dat ervan moet worden gemaakt, en in goede staat van onderhoud verkeren.
2.
Luiken die met behulp van hijs- of hefinrichtingen worden geplaatst of verwijderd, dienen te zijn uitgerust met goed toegankelijke en geschikte bevestigingen voor het vastmaken van lengen of ander hijsmateriaal.
3.
Indien luiken en scheerbalken niet onderling verwisselbaar zijn, dienen zij duidelijk te zijn gemerkt om aan te geven tot welke ruimopening alsmede op welke plaats zij behoren.
4.
Slechts een bevoegd persoon (indien mogelijk een lid van de bemanning) is het toegestaan motorisch bediende luiken te plaatsen of te verwijderen. De luiken mogen niet worden geplaatst of verwijderd indien enige persoon bij deze handelingen gevaar loopt gewond te worden.
5.
De bepalingen van lid 4 van dit artikel zijn van overeenkomstige toepassing op motorisch aangedreven scheepsuitrusting, zoals een deur in de romp van een schip, een oprit, een ophijsbaar autodek of dergelijke uitrusting.