Einde inhoudsopgave
Wet basisregistratie personen
Artikel 3.22 [Mededeling over gegevensverstrekking]
Geldend
Geldend vanaf 01-03-2022
- Bronpublicatie:
14-07-2021, Stb. 2021, 396 (uitgifte: 26-08-2021, kamerstukken: 35648)
- Inwerkingtreding
01-03-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-02-2022, Stb. 2022, 73 (uitgifte: 17-02-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Privacy / Algemeen
Burgerzaken / Basisregistratie personen
1.
Het college van burgemeester en wethouders deelt binnen vier weken aan de betrokkene in verband met de uitoefening van het recht van inzage, bedoeld in artikel 15 van de verordening, op diens verzoek mede of gegevens die de betrokkene betreffen gedurende de periode van twintig jaren voorafgaande aan het verzoek zijn verstrekt uit de basisregistratie aan een overheidsorgaan of derde.
2.
Het college voldoet niet aan het verzoek, bedoeld in het eerste lid, voor zover:
- a.
van de verstrekking geen aantekening is gehouden krachtens artikel 3.11, tweede lid; of
- b.
dit noodzakelijk is in het belang van de veiligheid van de staat of de voorkoming, opsporing en vervolging van strafbare feiten.
3.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kan nader worden geregeld in welke gevallen toepassing wordt gegeven aan het tweede lid, aanhef en onderdeel b.
4.
Artikel 2.55, tweede en vierde lid, is van overeenkomstige toepassing.