NJ 1937/163
Bedreiging met eenig misdrijf tegen het leven gericht. Beoordeeling van den aard der bedreiging.
HR 19-10-1936, ECLI:NL:HR:1936:349
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
19 oktober 1936
- Magistraten
Mrs. Visser, Taverne, Servatius, Donner en v. d. Meulen
- Zaaknummer
[191936/NJ_1937-163]
- JCDI
JCDI:ADS153831:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1936:349, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑10‑1936
- Wetingang
Essentie
Bedreiging met eenig misdrijf tegen het leven gericht. Beoordeeling van den aard der bedreiging.
Samenvatting
Uit de getuigen-verklaringen, waarin vermelding der redenen van wetenschap door de wet niet wordt verlangd, heeft het Hof de bewezen verklaarde bedreiging met doodslag kunnen putten.
Dat uit niets kan blijken, dat de bedreigde zich juist met doodslag bedreigd gevoelde, is hier niet beslissend, daar het Hof zelfstandig had te beoordeelen hoedanige bedreiging req.’s bewezen verklaarde gedraging inhield.
Het was niet noodig, dat kwam vast te staan, welke woorden req. precies heeft gebezigd, mits slechts, zooals i. c, de strekking der gebezigde ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.