NJB 2018/149:Tweeconclusieregel. Goede procesorde. Geïntimeerde voert een nieuw verweer bij comparitie na memoriewisseling in hoger beroep. Het hof laat het buiten beschouwing. Hoge Raad: Het hof heeft klaarblijkelijk de omstandigheid dat appellant op het nieuwe verweer heeft gereageerd – in de context van een betoog dat het aan geïntimeerde te wijten was dat tot dan toe van onjuiste feiten was uitgegaan – niet opgevat als een ondubbelzinnige toestemming, waarbij het in zijn beoordeling heeft betrokken dat het in strijd met de goede procesorde zou zijn het nieuwe verweer te onderzoeken. Op dit feitelijke en niet onbegrijpelijke oordeel van het hof stuit de klacht af