PJ 2010, 113
Vennootschapsbelasting; waardering gerichte-lijfrenteverplichting
HR 09-04-2010, ECLI:NL:HR:2010:BJ5176
- Instantie
Hoge Raad (Belastingkamer)
- Datum
9 april 2010
- Magistraten
Mr. P.J. Wattel
- Zaaknummer
08/03645
- LJN
BJ5176
- JCDI
JCDI:ADS22699:1
- Vakgebied(en)
Pensioenen / Algemeen
Inkomstenbelasting / Inkomen uit werk en woning (box 1) - niet-winst
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Verzekeringsrecht / Pensioenrecht
Inkomstenbelasting / Winst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BJ5176, Uitspraak, Hoge Raad (Belastingkamer), 09‑04‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BJ5176, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑06‑2009
- Wetingang
Essentie
Vennootschapsbelasting; waardering gerichte-lijfrenteverplichting
Samenvatting
Tussen partijen is in geschil of de verplichting die voor belanghebbende uit de lijfrenteovereenkomst voortvloeit, kan worden aangemerkt als een schuld tegen samengestelde interest. Het geschil spitst zich toe op de vraag voor welk bedrag de verplichting op de balans van belanghebbende moet worden opgenomen. De voorgestelde middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Op grond van art. 3.29 Wet IB 2001 vindt de waardering van pensioenverplichtingen en andere soortgelijke verplichtingen plaats met inachtneming van algemeen aanvaarde actuariële grondslagen, waarbij een rekenrente in aanmerking wordt genomen van ten minste 4%. De onderhavige verplichting betreft ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.