FED 2020/11
Bij de beoordeling of de redelijke termijn van twee jaar is overschreden dient het tijdsverloop voor en na de vernietiging van een uitspraak te worden samengeteld.
HR 22-11-2019, ECLI:NL:HR:2019:1818, m.nt. E. Thomas
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
22 november 2019
- Magistraten
Mrs. Koopman, Punt, Van Loon, Van Hilten, Faase
- Zaaknummer
19/01594
- Noot
E. Thomas
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS179979:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1818, Uitspraak, Hoge Raad, 22‑11‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 22‑11‑2019
- Wetingang
Art. 8:73 Awb
Essentie
Bij de beoordeling of de redelijke termijn van twee jaar is overschreden dient het tijdsverloop voor en na de vernietiging van een uitspraak te worden samengeteld.
Samenvatting
De Hoge Raad oordeelt dat, indien de Rechtbankuitspraak door het Hof vernietigd wordt, de tweede fase voor de Rechtbank (na vernietiging en terugverwijzing) moet worden opgeteld bij de eerste fase (voor vernietiging en terugverwijzing) om te beoordelen of de redelijke termijn is overschreden.
Uitspraak
In geschil is of, door de vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank door het Gerechtshof en de daarop volgende terugverwijzing naar de Rechtbank, de redelijke ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.