RvdW 2017/952
Wet Bopz. Machtiging voortgezet verblijf. Weigering verzoek om contra-expertise gebaseerd op medische rapporten die advocaat betrokkene niet kende.
HR 15-09-2017, ECLI:NL:HR:2017:2383
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
15 september 2017
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, M.V. Polak, M.J. Kroeze
- Zaaknummer
17/02162
- Conclusie
plv. P-G mr. F.F. Langemeijer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:2383, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 15‑09‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:916, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑06‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 30‑04‑2017
- Wetingang
Essentie
Wet Bopz. Machtiging voortgezet verblijf. Weigering verzoek om contra-expertise gebaseerd op medische rapporten die advocaat betrokkene niet kende.
Uit het proces-verbaal van de mondelinge behandeling blijkt dat de advocaat van betrokkene zich erop heeft beroepen dat hij de medische rapporten waarnaar de behandelend arts tijdens de mondelinge behandeling verwees, niet had gezien. Nu de rechtbank niet heeft overwogen dat dit standpunt onjuist is, moet in cassatie ervan worden uitgegaan dat die rapporten bij de advocaat niet bekend waren. Gelet hierop had de rechtbank haar beslissing om een contra-expertise te weigeren, niet mogen baseren op die medische rapporten. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.